Terug
Gepubliceerd op 08/02/2023

Notulen  Raad Maatschappelijk Welzijn

ma 05/12/2022 - 21:30 Raadzaal
Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
  • Goedkeuring notulen vorige zitting

    • Goedkeuring notulen vorige zitting.

      Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
      Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
      Juridische grond en bevoegdheid

      Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

      De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

      Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

      Feiten, context en argumentatie

      De notulen van de raad van 7 november 2022 worden voor goedkeuring ter inzage van de raadsleden gelegd.  Er zijn geen opmerkingen geformuleerd, waardoor ze als goedgekeurd kunnen beschouwd worden.

      Beschikkend gedeelte

      Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 10 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, Baert, Feys, Dehaerne, Sabels en Vancayseele) en 1 niet gestemd (raadslid De Groote) de notulen van 7 november 2022 goed te keuren.

  • Openbaar

    • Secretariaat

      • Kennisneming tijdelijke verhindering en vervanging van een raadslid.

        Juridische grond en bevoegdheid

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 68, 70 en 71.

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        De beslissing van de gemeenteraad van 5 december 2022 tot tijdelijke vervanging van een raadslid.

        Feiten, context en argumentatie

        De raad voor maatschappelijk welzijn bestaat uit dezelfde leden als de gemeenteraad  voor zover deze ook bestaat uit personen van verschillend geslacht.
        De gemeenteraad heeft kennis genomen van de verhindering van raadslid Gaetan Dumoulin en van de tijdelijke vervanging door de eerste opvolger, de heer Danny Metsu die in handen van de voorzitter de eed heeft afgelegd.

        Beschikkend gedeelte

        De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de verhindering van raadslid Gaetan Dumoulin en de tijdelijke vervanging door de heer Danny Metsu.

    • Welzijn

      • Reglement Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen - goedkeuring

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 77 en 78 betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 2019 tot instelling van een tegemoetkoming aan het OCMW ter bestrijding van uithuiszettingen, en latere wijzigingen

        Feiten, context en argumentatie

        De Vlaamse Regering voerde enkele aanpassingen door aan de regeling betreffende steun ‘Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen’. De Vlaamse regelgeving laat een zeker ruimte voor lokale autonome invulling.

        Er werd beslist de doelgroep uit te breiden met de huurders die een woning huren via een sociaal verhuurkantoor of een woonmaatschappij die op zijn beurt deze woningen heeft ingehuurd op de private huurmarkt. Voorheen was deze steun enkel bestemd voor huurders die een woning op de privémarkt huren. Voorgesteld wordt om deze beslissing te volgen.

        Voorheen diende een cliënt een huurachterstand te hebben van minimum 2 maanden en maximum 6 maanden. Deze voorwaarde werd opgeheven. Voorgesteld wordt om het minimumbedrag te veranderen naar 1 maand. Zo kan er bij huurachterstand sneller geschakeld worden. Het maximumbedrag van 6 maanden willen we graag behouden. Dit om de kans op slagen van de steun te vergroten.

        Het O.C.M.W krijgt meer tijd na het ondertekenen van de begeleidingsovereenkomst, namelijk 10 werkdagen, om 50% van de huurachterstand aan de verhuurder te betalen.

        Adviezen
        Het BCSD adviseerde als volgt:
        • De doelgroep voor het Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen wordt uitgebreid. Hierbij wordt de doelgroep omschreven door de Vlaamse Regering gevolgd.
        • De voorwaarde voor het minimumbedrag van huurachterstand wordt aangepast en verlaagd naar het bedrag van 1 maand huur.
        • De voorwaarde voor het maximumbedrag van de huurachterstand wordt niet aangepast.
        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad voor maatschappelijk welzijn met algemeenheid van stemmen volgend reglement Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen goed te keuren:

        Reglement Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen

        Artikel 1. Doelgroep

        Iedere persoon die gevestigd is op het grondgebied van de stad Ieper, waarvoor het O.C.M.W. Ieper bevoegd is en die huurder is op de private huurmarkt en in dit kader een woninghuurovereenkomst heeft afgesloten als vermeld in titel II van het Vlaams Woninghuurdecreet. Huurders die een woning huren via een sociaal verhuurkantoor of een woonmaatschappij die op zijn beurt deze woningen heeft ingehuurd op de private huurmarkt.

        Artikel 2. Voorwaarden

        Elke aanvraag tot financiële steun in dit kader wordt gevolgd door een sociaal onderzoek. Op basis hiervan beslist het bijzonder comité voor de sociale dienst autonoom over de toekenning.

        Aan de volgende voorwaarden moet voldaan worden:

        1. Er is een huurachterstal van minimum 1 maand en maximum 6 maanden. Voor kleinere huurachterstallen wordt de verhuurder gecontacteerd met het oog op het bekomen van een afbetalingsplan.

        2. De woning moet voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten die Wonen Vlaanderen oplegt. Het advies van de dienst Wonen kan hierbij worden ingewonnen.

        3. De huisvesting moet een duurzaam karakter vertonen. Dit impliceert dat er een huurovereenkomst is die bij voorkeur nog langer dan één jaar loopt en dat de woning aangepast is aan de noden van de huurder op het vlak van toegankelijkheid en bereikbaarheid.

        4. De maandelijkse huurprijs is niet hoger dan de grensbedragen die door Wonen Vlaanderen worden gehanteerd in het kader van de Vlaamse Huurwaarborglening. Op 01.11.2022 zijn dit de volgende grensbedragen:

          • 0 personen ten laste: € 646,67 
          • 1 personen ten laste: € 727,5
          • 2 personen ten laste: € 808,33
          • 3 personen ten laste: € 889,17
          • 4 of meer personen ten laste: € 970

        5. De huurder moet in de mogelijkheid zijn om na twaalf maanden in een stabiele woonsituatie te verkeren.

        Onder "stabiele woonsituatie" wordt het volgende begrepen:

        - Als de huurder nog in dezelfde huurwoning woont, is er een stabiele woonsituatie als de begeleidingsovereenkomst correct werd nageleefd en er 12 maanden na de ondertekening van de begeleidingsovereenkomst geen nieuw huurachterstal werd opgebouwd.

        - Als de huurder in een andere woning woont, is er een stabiele woonsituatie als de begeleidingsovereenkomst correct werd nageleefd en er op het ogenblik van de beëindiging van de huurovereenkomst geen nieuw huurachterstal is.

        6. De cliënt is bereid en gemotiveerd om mee te werken aan structurele oplossingen met betrekking tot huisvesting en budgetbegeleiding.

        7. De huurder en de verhuurder moeten akkoord gaan om een begeleidingsovereenkomst af te sluiten tussen het O.C.M.W. Ieper, huurder en verhuurder. Het gaat om een typeovereenkomst vooropgesteld door Wonen Vlaanderen.

        Artikel 3. Financiële steun: bedrag - betaling aan verhuurder - terugvordering

        Het O.C.M.W. betaalt binnen de 10 werkdagen na ondertekening van de begeleidingsovereenkomst 50% van het huurachterstal met een maximum van 1.250,00 EUR aan de verhuurder.

        Deze financiële tegemoetkoming door het O.C.M.W. in het huurachterstal kan van de cliënt worden teruggevorderd. Uiterlijk één jaar na het ondertekenen van de begeleidingsovereenkomst neemt het bijzonder comité voor de sociale dienst een beslissing over de (mate van) terugvordering. Op dat moment is duidelijk of de begeleiding tot een stabiele huisvestingssituatie heeft geleid. Afhankelijk van het feit of dit een positief of negatief traject betrof, worden de volgende bedragen teruggevorderd bij de cliënt:

        • In geval van een positief traject: betrokkene heeft nog steeds stabiele huisvesting:
          • terugvordering van 25% van de eenmalige tussenkomst (50% huurachterstal met max. € 1250)
        • In geval van een negatief traject: er is geen stabiele huisvesting of betrokkene kwam de afspraken in de begeleidingsovereenkomst niet na waardoor de overeenkomst vroegtijdig werd stopgezet:
          • terugvordering van 75% van de eenmalige tussenkomst (50% huurachterstal met max. € 1250)

        Artikel 4. Proces

        4.1. Aanmelding

        De cliënt maakt een afspraak met een medewerker van het team intake. Alle noodzakelijk informatie om het sociaal onderzoek te kunnen starten, wordt verzameld:

        • Huurcontract
        • bewijzen van inkomsten
        • rekeninguittreksels van de laatste 3 maanden

        Er wordt een oplijsting van de vaste kosten gemaakt alsook een voorlopig budgetplan.

        4.2. Dossierbeheerder

        Een medewerker binnen team schuldhulpverlening voert het sociaal onderzoek, een huisbezoek wordt gepland. De expertise van deze medewerker laat toe om goed in te schatten of het afbetaalplan haalbaar is. Zo ja, is het zinvol een traject binnen het FBU met positief advies voor te leggen aan het BCSD. Indien verdere stappen richting budgetbeheer noodzakelijk zijn, kunnen deze besproken worden. Indien er immers huurachterstal is opgebouwd, is de kans groot dat er ook andere openstaande schulden zijn. 

        Na de beslissing van het BCSD moet de begeleidingsovereenkomst tussen huurder, verhuurder en OCMW worden opgemaakt. Wonen Vlaanderen voorziet hiervoor een typeovereenkomst die via een beveiligde webapplicatie aan het Fonds wordt overgemaakt.

        4.3. Beslissing bijzonder comité voor de sociale dienst

        Het resultaat van het sociaal en financieel onderzoek wordt voorgelegd aan het BCSD, dat op basis hiervan en autonoom een beslissing neemt. 

        Artikel 5. Inwerkingtreding 

        Huidig reglement wordt bekendgemaakt op de website van de stad Ieper en treedt in werking 10 kalenderdagen na publicatie. 

        Artikel 6: Bekendmaking

        Het Vast Bureau wordt belast met de uitvoering van dit reglement. Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Tussenkomst eerste maand huur en huurwaarborg - goedkeuring

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Voorgeschiedenis

        In zitting van 4 juli 2017 hernieuwde de O.C.M.W.-raad een aantal principiële beslissingen betreffende de tussenkomst op voorschot in de eerste maand huur en in de huurwaarborg.

        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 77 en 78 betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        De zoektocht naar gepaste en betaalbare huisvesting blijft moeilijk, in het bijzonder voor een alleenstaande ouder met kind die leefloon ontvangt. Ook zijn de huurprijzen de afgelopen tijd aanzienlijk gestegen.

        In het huidige systeem wordt voor een tussenkomst op voorschot rekening gehouden met het aantal personen in een gezin.
        Met gezinssamenstelling en het nodige aantal slaapkamers wordt geen rekening gehouden, hetgeen alleenstaande ouders benadeelt.

        Schematische voorstelling huidige situatie. (12/2022)

        Aantal gezinsleden

        Gezinssamenstelling

        Aantal slaapkamers

        Prijs

        Alleenstaande

        (1 persoon)

        alleenstaande

        1 slaapkamer / studio

        565

        Samenwonende
        (2 personen)

        Koppel

        1 slaapkamer

        580

         

        Ouder + kind 

        2 slaapkamers

        610

        3 personen

        Koppel + kind 

        2 slaapkamers

        610

         

        Ouder + kind + kind 

        3 slaapkamers

        640

        4 personen

        Koppel + 2 kinderen

        3 slaapkamers

        640

        5 personen

        Koppel + 3 kinderen

        4 slaapkamers

        670

        Om tegemoet te komen aan de noden van alleenstaande ouders met kinderen is het noodzakelijk om de maximum huurprijs niet enkel te laten afhangen van het aantal gezinsleden maar ook van het minimum aantal slaapkamers die nodig zijn om de gezinssamenstelling op lange termijn duurzaam te huisvesten.

        Schematische voorstelling nieuwe situatie:

        Aantal gezinsleden

        Gezinssamenstelling

        Aantal slaapkamers

        Prijs

        1 persoon

        alleenstaande

        1 slaapkamer / studio

        565

        2 personen

        Koppel

        1 slaapkamer

        580

         

        Ouder + kind 

        2 slaapkamers

        610

        3 personen

        Koppel + kind 

        2 slaapkamers

        610

         

        Ouder + kind + kind

        3 slaapkamers

        640

        4 personen

        Koppel + 2 kinderen

        3 slaapkamers

        640

        5 personen

        Koppel + 3 kinderen

        4 slaapkamers

        670

        De tussenkomst in een huurwaarborg bedraagt maximaal drie maanden indien deze wordt gestort op een geblokkeerde huurwaarborgrekening. 

        Financiële gevolgen

         

        Jaar Budgetartikel Budget Reeds vastgelegd Oud beschikbaar Voorgesteld Nieuw beschikbaar Datum consultatie
        2022 ACO090002/0900/648217  € 79.002,00  € 28.815,09  € 50.186,91  €  € 13/10/2022
        Jaar Budgetartikel Budget Reeds vastgelegd Oud beschikbaar Voorgesteld Nieuw beschikbaar Datum consultatie
        2022 ACO090002/0902/648217  € 10.000,00  € 4.683,00  € 5.317,00  €  € 13/10/2022

        De tussenkomsten in huurwaarborg en 1ste maand huur zijn steeds op voorschot en dienen terugbetaald te worden door de cliënt. 

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad voor maatschappelijk welzijn met 27 ja stemmen en 2 onthoudingen (de raadsleden Sabels en Vancayseele) het volgend reglement goed te keuren:

        Reglement betreffende de tussenkomst op voorschot in de eerste maand huur en de huurwaarborg

        Artikel 1: Doelgroep

        In de volgende situatie kan een tussenkomst op voorschot worden verleend in de eerste maand huur en/of de huurwaarborg:

        Het inkomen van de aanvrager(s) mag niet hoger zijn dan de Europese armoedegrens. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de kinderbijslag. Hierop kunnen via individuele beslissing van het bijzonder comité voor de sociale dienst uitzonderingen worden goedgekeurd, mits binnen het sociaal onderzoek wordt aangetoond dat de cliënten niet in staat waren de nodige reserves aan te leggen.

        Voor aanvragen van alleenstaanden of koppels die het ouderlijk huis willen verlaten, dient het sociaal onderzoek aan te tonen dat de ouder-kind relatie is beschadigd. 

        Voor tussenkomsten in de eerste maand huur en in de huurwaarborg moet voldoende worden aangetoond dat het onmiddellijk betalen ervan een onmogelijke opdracht is binnen de direct voorhanden zijnde financiële mogelijkheden.

        Artikel 2: Voorwaarden

        Betrokkene dient het ontwerp van huurcontract voor te leggen vooraleer het aanvraagdossier wordt behandeld. Aanvragen voor reeds aangegane huurverbintenissen komen niet in aanmerking.

        De maandelijkse huurprijs mag onderstaande grenzen, bepaald rekening houdend met het aantal gezinsleden, de gezinssamenstelling en het aantal slaapkamers niet overschrijden:

        Aantal gezinsleden

        Gezinssamenstelling

        Aantal slaapkamers

        Huurprijs

        1 persoon

        alleenstaande

        1 slaapkamer / studio

        565

        2 personen

        Koppel

        1 slaapkamer

        580

         

        Ouder + kind 

        2 slaapkamers

        610

        3 personen

        Koppel + kind 

        2 slaapkamers

        610

         

        Ouder + kind + kind 

        3 slaapkamers

        640

        4 personen

        Koppel + 2 kinderen

        3 slaapkamers

        640

        5 personen

        Koppel + 3 kinderen

        4 slaapkamers

        670

        Indien de huurprijs voormelde grenzen overschrijdt, wordt niet tussengekomen in de eerste maand huur, noch in de huurwaarborg.

        Een afwijking van bovenstaande maximale grenzen is mogelijk voor kroostrijke gezinnen bij individuele beslissing van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

        Artikel 3: Indexering maximale grenzen

        De maximale grenzen van de huurprijs worden met 2% verhoogd op hetzelfde tijdstip waarop de sociale uitkeringen worden verhoogd.

        Artikel 4: Terugbetaling tussenkomst

        Elke tussenkomst in de huurwaarborg en in de eerste maand huur gebeurt op voorschot en dient maandelijks via in onderling overleg met de maatschappelijk werker vastgelegde schijven te worden terugbetaald.

        Artikel 5: Bijzonderheden tussenkomst huurwaarborg

        De maximale tussenkomst in een huurwaarborg stemt overeen met de huurprijs voor drie maanden.
        De toekenning van een tussenkomst in de huurwaarborg gebeurt via het systeem van een geblokkeerde huurwaarborgrekening of via het systeem van de verzekeringsbon. Er wordt geen tussenkomst verleend in kosten voor plaatsbeschrijvingen of in bemiddelingskosten aangerekend door immobiliënkantoren of andere bemiddelaars. 

        Artikel 6: Aanvraag en toekenning tussenkomst

        Aanvragen gebeuren na afspraak met de dienst Welzijn. Het sociaal onderzoek wordt uitgevoerd door de maatschappelijk werker. De toekenning gebeurt na individuele beslissing door het bijzonder comité voor de sociale dienst.

        Artikel 7: Inwerkingtreding  

        De bepalingen van onderhavig reglement treden in werking 10 kalenderdagen na publicatie.  Het reglement van 4 juli 2017 houdende de tussenkomst op voorschot in de eerste maand huur en in de huurwaarborg wordt vanaf dezelfde datum opgeheven.

        Artikel 8 : Bekendmaking

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Retributiereglement lokalen dienstencentra.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        Artikel 170 § 4 van de Grondwet.

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        Opzet van dit reglement is duidelijke regels vast te leggen rond het gebruik van de lokalen van de lokale dienstencentra.

        Naar aanleiding van de mogelijkheid om lokalen te huren in de Grachtstraat en de stopzetting verhuur van lokalen in dienstencentrum 't Hofland werd eerder al een aangepast retributiereglement opgemaakt voor dienstencentrum Kersecorf en de lokalen in de Grachtstraat, met nieuwe naam De Wissel. Thans worden bepaalde tarieven geactualiseerd.

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander)  :

        Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen

        Artikel 1 : 

        Voor de dienstjaren 2023 tot en met 2025 wordt een retributie gevestigd op het gebruik van de lokalen van het dienstencentrum Kersecorf en De Wissel (nieuwe naam voor de Grachtstraat), eigendom van OCMW Ieper.

        Artikel 2 :       

        Beheerder: Dienst Welzijn, Ter Waarde 1, 8900 Ieper, Tel 057 451 780, zorgnetwerk@ieper.be

        Hoofdstuk 2 - Basisregels

        Artikel 3 :

        De lokalen kunnen door derden gebruikt worden, enkel en alleen in het kader van:

        - vergadering van welzijnsorganisaties en -verenigingen en adviesraden op domein welzijn

        - voor activiteiten zonder winstoogmerk met een duidelijk sociaal doel binnen de functies van het zorgnetwerk: ontmoeting, laagdrempelige aanmelding, dienstverlening, ontwikkeling, advies en signaal- en sociale functie.

        - educatie of vorming gericht op kwetsbare of bijzondere doelgroepen.

        Artikel 4 :            

        Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de volgende mogelijke gebruikers:

        - Categorie A: Stadsbestuur Ieper en verzelfstandige entiteiten, stedelijke adviesraden

        - Categorie B: Ieperse erkende verenigingen en particulieren,

        - Categorie C: Ieperse onderwijsinstellingen, Ieperse openbare diensten

        - Categorie D: Ieperse niet-erkende verenigingen, niet-Ieperse verenigingen/diensten of niet-Ieperse particulieren

        Bedrijven en politieke partijen kunnen geen gebruik maken van de lokalen.

        Artikel 5 :            

        Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de volgende soorten activiteiten:

        -          Vergadering

        -          Educatieve/vormende activiteit

        -          Maaltijd of receptie

        -          Ontspanningsactiviteit

        Commerciële activiteiten of private feesten zijn niet toegestaan.

        Artikel 6 :          

        De retributie per lokaal wordt berekend per activiteit per dagdeel (per begonnen 4 uur) per gekozen lokaal vermenigvuldigd met  de coëfficiënt van de categorie van gebruiker en soort activiteit:

         

        Basisprijs

        • Klein lokaal (Kersecorf)
        • Ontmoetingsruimte 2 (De Wissel)

        10 euro per dagdeel

        • Groot lokaal (cafetaria Kersecorf)
        • Ontmoetingsruimte 1 (De Wissel)

        25 euro per dagdeel

        Keuken

        15 euro per activiteit

         

         

        Vergadering

        Educatie

        Maaltijd/receptie

        ontspanning

        Gebruiker

        Categorie A

        Gratis

        Gratis

        Gratis

        Gratis

        Categorie B

        Gratis*

        Gratis*

        1

        Gratis

        Categorie C

        Gratis*

        0,5

        1

        1

        Categorie D

         2

        2

        3

        3

         * Indien de keuken gebruikt wordt, wordt 15 euro per activiteit aangerekend.

        Artikel 7 :

        Alle dranken worden verplicht afgenomen van het dienstencentrum tegen de geldende tarieven. Eigen drank meenemen is dus niet toegestaan, tenzij uitdrukkelijke toestemming. 

        Hoofdstuk 3 - Betaalmodaliteiten

        Artikel 8 :

        De retributie dient voorafgaandelijk aan het gebruik betaald te worden na ontvangst van de factuur.  Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot verval van de toelating tot gebruik van de aangevraagde ruimte leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Hoofdstuk 4 - Slotbepalingen

        Artikel 9 :             

        Een gemotiveerde vrijstelling of afwijking van de geldende retributie kan worden aangevraagd, met advies van de dienst Welzijn, aan het Vast Bureau van OCMW Ieper.

        Artikel 10: 

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 januari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de retributies bij gebruik lokalen dienstencentra wordt per 1 januari 2023 opgeheven.

        Artikel 11 :             

        Het Vast Bureau wordt belast met de uitvoering van dit reglement. Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

    • Zorgnetwerk

      • Tariefreglement aanvullende poets- en opknaphulp.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 77 - 78 betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        Cliënten zijn in hoofdzaak ouderen en eigen cliënten van de dienst Welzijn. Daarnaast worden ook cliënten toegeleid via andere Ieperse Welzijnsorganisaties.

        Bij elke aanvraag gaat de dienst op huisbezoek en bekijkt de dienst of de aanvraag past binnen het aanbod of dient doorverwezen naar andere bestaande poetsdiensten.

        De dienst bedient omwille van praktische redenen (mobiliteit) enkel Ieper-centrum. 

        Het tarief van deze dienstverlening wordt afgestemd aan de huidige prijs van een dienstencheque na belastingsvermindering. Daarom wordt het tarief aangepast naar 7,20 EUR en vervolgens naar de toekomstige prijs van de dienstencheque.

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander) volgend tariefreglement aanvullende poets- en opknaphulp goed te keuren:

         

        Tariefreglement aanvullende poets- en opknaphulp

        Hoofdstuk 1 – Doel van de dienstverlening

        Artikel 1 :

        De Dienst Aanvullende poets- en opknaphulp biedt hulp aan personen uit Ieper-centrum die beperkte ondersteuning nodig hebben bij het onderhoud van hun woning met als doel de aanvrager zo lang mogelijk in de eigen woning te laten wonen.

        Hoofdstuk 2 – Waarvoor kan de poetshulp aangevraagd worden

        Artikel 2:

        De ondersteuning wordt tijdelijk of langdurig toegekend.

        Tijdelijk: in afwachting van definitieve hulp door reguliere poetsdiensten en bij tijdelijke occasionele poetsvragen

        Langdurig: bij vragen met beperkte omvang die niet binnen het aanbod van de reguliere poetsdiensten passen.

        Hoofdstuk 3 – Betaling

        Artikel 3 :

        Betaling binnen de 30 dagen na factuurdatum. Contante betaling is uitgesloten. 

        Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot verval van toelating tot gebruik van de dienst poets- en opknaphulp leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Het tarief wordt bepaald op € 7,20 per uur. Het tarief van deze dienstverlening wordt dus afgestemd aan de huidige prijs van een dienstencheque na belastingsvermindering.  Bij wijziging van de prijs van een dienstencheque wordt het tarief van deze dienstverlening automatisch aangepast.

        Artikel 4 :

        Annuleert de aanvrager, behoudens overmacht, de geplande hulp niet tijdig, dan rekent de dienst een bedrag aan dat gelijk staat aan 1 uur hulp. 

        Artikel 5: 

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 januari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de tarieven voor aanvullende poets- en opknaphulp wordt per 1 januari 2023 opgeheven.

        Artikel 6 :

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Tariefreglement kleine klussen en tuinonderhoud.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 77-78, betreffende de bevoegdheden van het Vast Bureau.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        In de Raadzitting van 06/07/2006 besliste de Raad om over te gaan tot de opstart van een klusjesdienst binnen OCMW Ieper, een goedkeuring van de voorgestelde werkvorm en aanwerving van een klusjesman en de modaliteiten en voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de klusjeshulp. Op 5/03/2007 startte de klusjesdienst effectief op.

        Er wordt voorgesteld om het huidig tarief van 11.50 euro per uur per klusjesman jaarlijks te actualiseren aan de index.

        Cliënteel zijn voornamelijk ouderen (70+) en eigen cliënteel van de dienst welzijn. Daarnaast worden ook mensen toegeleid vanuit verschillende Ieperse welzijnsorganisaties. 

        Verhoogde tegemoetkoming vormt de hoofdvoorwaarde. Analoog aan de toelating van de Uitpas willen we een dezelfde bijkomende voorwaarden toevoegen om mogelijk onterecht gebruik tegen te gaan. 

        Bij elke nieuwe aanvraag wordt voorafgaandelijk een huisbezoek gepland om de aard en de omvang van de aanvraag na te gaan. Past de vraag niet binnen de mogelijkheden van de dienst dan wordt de aanvraag, ondanks het genieten van een verhoogde tegemoetkoming, door de dienst geweigerd.

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander) volgend tariefreglement kleine klussen en tuinonderhoud goed te keuren:  :

        Tariefreglement kleine klussen en tuinonderhoud

        Hoofdstuk 1 – Doel en voorwaarden van de dienstverlening

        Artikel 1:

        De dienst kleine klusjes en tuinonderhoud helpt inwoners uit Ieper met allerhande kleine klusjes waarvoor het moeilijk is een vakman in te schakelen. Daarnaast staat de dienst ook in voor het onderhoud van kleine tuinen. Dit enkel indien de aanvrager zelf niet kan instaan voor de hulpvraag, noch beroep kan doen op anderen hiervoor. 

        Aanvragers die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming van de ziekteverzekering komen meteen in aanmerking voor hulp bij de dienst kleine klussen en tuinonderhoud. 

        Daar bovenop gelden nog een aantal bijkomende voorwaarden:

        - de aanvrager bezit geen 2 of meer eigendommen

        - de aanvrager maakt geen deel uit van een vennootschap (BVBA, NV, ...)

        - de aanvrager gaat akkoord met een mogelijke controle van de financiële situatie door de dienst Welzijn, uitgevoerd door een maatschappelijk werker

        Voldoet de aanvrager niet aan de verhoogde tegemoetkoming en heeft de aanvrager een bescheiden inkomen, dan is een voorafgaand financieel onderzoek van de dienst Welzijn vereist.

        Hoofdstuk 2 – Waarvoor kan hulp gevraagd worden?

        Artikel 2: 

        Voor elk klein werk waarvoor je moeilijk een vakman (zelfstandige) kan inschakelen: kleine behang- en schilderwerken, kleine sanitaire herstellingen, klein tuinonderhoud, kleine herstellingswerken, ...

        Artikel 3: 

        De gebruiker kan enkel hulp inroepen voor de eigen woning.

        Artikel 4:

        Een klus mag niet langer dan 4 uur in beslag nemen.

        Artikel 5:

        Hulp bij klein tuinonderhoud is beperkt tot maximaal 1 beurt om de 14 dagen.

        Hoofdstuk 3 – Betaling

        Artikel 6:

        Het te betalen bedrag dient betaald te worden binnen de 30 kalenderdagen na factuurdatum. Contante betaling is uitgesloten.  Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot verval van toelating tot gebruik van de dienst klussen en tuinonderhoud leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Artikel 7:

        Het tarief per uur bedraagt € 11,50 per klusjesman. De dienst rekent minimaal 1 uur aan, daarna per begonnen kwartier. 

        Artikel 8:

        Het voormelde tarief opgenomen in artikel 7, vastgesteld in de raad van 2 december 2019 en hier hernomen, wordt gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemt overeen met de index van november 2019. Ze wordt jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

        Formule: [huidig tarief] x gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat / gezondheidsindexcijfer van november 2019. Het zo verkregen getal wordt afgerond tot 1 decimaal na de komma.  Enkel wanneer het tweede decimaal uit de voormelde berekening gelijk is aan 5 of hoger wordt er naar boven afgerond.

        Artikel 9:

        Voor bijkomende kosten (containerpark, verbruiksgoederen, huur materiaal, …) rekent de dienst de effectieve kostprijs aan de gebruiker aan.

        Artikel 10:

        Annuleert de gebruiker, behoudens overmacht, de geplande hulp niet tijdig, dan rekent de dienst een bedrag aan dat gelijk staat met de kost van 1 werkuur per klusjesman. 

        Artikel 11: 

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 januari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de tarieven voor kleine klussen en tuinonderhoud wordt per 1 januari 2023 opgeheven.

        Artikel 12:

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Tariefreglement Verhuisdienst.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 77 - 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        Cliënteel van de verhuisdienst bestaat voor het merendeel uit cliënten van de dienst Welzijn of wordt toegeleid vanuit Ieperse Welzijnsorganisaties. Voor alle andere aanvragers wordt op de dienst intake een inkomensonderzoek gevoerd. 

        Los van de inkomensvoorwaarde gebeurt voor elke aanvraag een plaatsbezoek om na te gaan of de omvang van de verhuis door de dienst naar behoren kan uitgevoerd worden. Indien niet dan weigert de dienst de aanvraag. Jaarlijks krijgt de dienst een 30-40 aanvragen voor hulp bij verhuis, opgenomen in een gezamenlijke planning met de dienstverlening Kleine klussen en tuinonderhoud.

        Er wordt voorgesteld om de huidige tarieven jaarlijks te actualiseren aan de index. 

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander)  volgend Tariefreglement Verhuisdienst goed te keuren:

         

        Tariefreglement Verhuisdienst

        Hoofdstuk 1 – Doel en voorwaarden van de dienstverlening

        Artikel 1:

        De dienst staat in voor de verhuis van particulieren die in Groot-Ieper komen wonen, binnen Groot-Ieper verhuizen en vanuit Groot-Ieper naar elders verhuizen.

        De OCMW’s van de gemeenten Heuvelland, Mesen, Vleteren, Langemark-Poelkapelle en Zonnebeke kunnen, mits borgstelling, voor hun inwoners eveneens beroep doen op de verhuisdienst.

        Sociale organisaties kunnen hulp van de verhuisdienst aanvragen. Elke vraag wordt voorgelegd op het Vast Bureau die beslist of de vraag al of niet weerhouden wordt.

        Hoofdstuk 2 – Waarvoor kan hulp bij de verhuisdienst gevraagd worden?

        Artikel 2: 

        Algemeen: verhuis van meubilair en huisraad.

        Optioneel: afbreken en opslaan van meubilair, wegbrengen van resterend afval naar containerpark

        Artikel 3:

        De gebruiker heeft een bruto gezinsinkomen dat niet hoger is dan 1,5 x leefloon.

        Om dit te berekenen voert de dienst Welzijn een inkomensonderzoek. 

        Hoofdstuk 3 – Betaling

        Artikel 4:

        Het te betalen bedrag dient betaald te worden binnen de 30 kalenderdagen na factuurdatum. Contante betaling is uitgesloten.  Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot erval van toelating tot gebruik van de verhuisdienst leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Artikel 5:

        Het tarief per uur bedraagt € 11,50 per klusjesman. De dienst rekent minimaal 1 uur aan, daarna per begonnen kwartier.  Standaard worden 2 verhuismannen ingeschakeld.

        Artikel 6:

        Per verhuis wordt een forfait van 26,00 euro aangerekend.

        Artikel 7:

        Voor de verplaatsingskost van de verhuiswagen wordt € 0,40/km aangerekend. 

        Artikel 8:

        De voormelde tarieven opgenomen in artikels 5, 6 en 7, vastgesteld in de raad van 2 december 2019 en hier hernomen, worden gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de index van november 2019. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

        Formule: [huidig tarief] x gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat / gezondheidsindexcijfer van november 2019. Het zo verkregen getal wordt afgerond tot 1 decimaal na de komma.  Enkel wanneer het tweede decimaal uit de voormelde berekening gelijk is aan 5 of hoger wordt er naar boven afgerond.

        Artikel 9:

        Voor bijkomende kosten (containerpark, verbruiksgoederen, huur materiaal, …) rekent de dienst de effectieve kostprijs aan de gebruiker aan.

        Artikel 10:

        Annuleert de gebruiker, behoudens overmacht, de geplande hulp niet tijdig, dan rekent de dienst een bedrag aan dat gelijk staat met de kost van 1 werkuur per verhuisman. 

        Artikel 11:

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 januari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de tarieven voor verhuisdienst wordt per 1 januari 2023 opgeheven.

         Artikel 12: 

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Tariefreglement Boodschappendienst.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 77-78, betreffende de bevoegdheden van het Vast Bureau.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        De boodschappendienst is er voor elke inwoner uit Ieper die nog af en toe graag zelfstandig boodschappen wil doen maar die niet op eigen kracht of met behulp van derden tot aan het warenhuis geraakt.

        Het cliënteel bestaat in hoofdzaak uit ouderen, aangevuld met cliënten die niet over eigen vervoer beschikken om boodschappen te kunnen doen. 

        De planning van de boodschappendienst zit vervat in de vervoersplanning.

        Er wordt voorgesteld om de huidige tarieven jaarlijks te actualiseren aan de index. 

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander) volgend Tariefreglement Boodschappendienst goed te keuren:

         

        Tariefreglement Boodschappendienst

        Hoofdstuk 1 – Doel van de dienstverlening

        Artikel 1:

        De boodschappendienst is er voor elke inwoner uit Ieper die nog graag zelf boodschappen doet maar die niet op eigen kracht of met behulp van derden tot aan het warenhuis geraakt.

        De boodschappendienst staat in voor doen van boodschappen in de plaats van de aanvrager indien die niet met hulp van derden en ook niet zelf kan instaan voor het zelf boodschappen doen in het warenhuis. Dit na onderzoek van de situatie door een maatschappelijk werker van het Zorgnetwerk.

        Hoofdstuk 2 – Waarvoor kan boodschappenhulp gevraagd worden?

        Artikel 2: 

        De boodschappendienst haalt de aanvrager aan huis op en brengt de aanvrager naar één van de warenhuizen aan de rand van Ieper-Centrum.

        Artikel 3: 

        Voor een aanvrager die niet zelfstandig de boodschappen in de winkel kan doen, voorziet de dienst in een persoonlijke begeleider tijdens het winkelen.

        Hoofdstuk 3 – Betaling

        Artikel 4:

        Voor de boodschappenhulp zonder begeleiding in de winkel betaalt de aanvrager voor de rit heen en terug naar het warenhuis en de hulp bij het in- en uitladen 1,50 euro. 

        Artikel 5:

        Voor de boodschappenhulp met begeleiding in het warenhuis betaalt de aanvrager voor de rit heen en terug naar het warenhuis en de hulp bij het in- en uitladen 1,50 euro.

        Voor de persoonlijke begeleiding tijdens het winkelen of het winkelen in plaats van de aanvrager zelf, betaalt de aanvrager 5,00 euro.

        Artikel 6:

        De voormelde tarieven opgenomen in artikels 4 en 5, vastgesteld in de raad van 2 december 2019 en hier hernomen, worden gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de index van november 2019. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

        Formule: [huidig tarief] x gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat / gezondheidsindexcijfer van november 2019.  Het zo verkregen getal wordt afgerond tot 1 decimaal na de komma.  Enkel wanneer het tweede decimaal uit de voormelde berekening gelijk is aan 5 of hoger wordt er naar boven afgerond.

        Artikel 7:

        Het te betalen bedrag dient betaald te worden binnen de 30 kalenderdagen na factuurdatum.  Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot verval van toelating tot gebruik van de boodschappendienst leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Artikel 8:

        Annuleert de aanvrager, behoudens overmacht, de geplande hulp niet tijdig, dan rekent de dienst een bedrag aan dat gelijk staat met de kost van de uit te voeren hulp. 

        Artikel 9: 

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 januari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de tarieven voor boodschappendienst wordt per 1 januari 2023 opgeheven.

        Artikel 10:

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

      • Tariefreglement aangepast vervoer.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 77 - 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        De dienst aangepast vervoer vervoert inwoners van groot-Ieper met ernstige mobiliteitsbeperkingen, die geen gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer of andere vervoersdiensten. De dienst aangepast vervoer beschikt over aangepaste minibussen met rolstoellift om rolstoelgebruikers op een comfortabele manier te kunnen vervoeren. De doelgroep is vastgelegd binnen de bepalingen van de erkenning als dienst Aangepast Vervoer van het Vlaams Ministerie van Mobiliteit.

        Daarnaast kan elke inwoner van Ieper­­ die niet op eigen kracht of met behulp van derden tot bij de dienstverlening van de stad of het OCMW van Ieper raakt, een vraag voor vervoer bij de dienst aangepast vervoer stellen.

        Er wordt voorgesteld om de huidige tarieven jaarlijks te actualiseren aan de index. Gezien de verplichting als erkende aanbieder van aangepast vervoer waarbij nieuwe tarieven 1 maand op voorhand dienen kenbaar gemaakt te worden, kan de indexering pas toegepast worden telkens vanaf 1 februari.

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad met 17 ja stemmen en 12 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander) volgend tariefreglement aangepast vervoer goed te keuren:

         

        Tariefreglement aangepast vervoer

        Hoofdstuk 1 – Doel van de dienstverlening

        Artikel 1 :

        De dienst aangepast vervoer vervoert inwoners van Ieper met ernstige mobiliteitsbeperkingen, die geen gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer of andere vervoersdiensten. 

        Elke inwoner van Ieper­­ die niet op eigen kracht of met behulp van derden tot bij de dienstverlening van Stad Ieper geraakt, kan tevens een vraag voor vervoer bij de dienst aangepast vervoer stellen.

        Op momenten waarop de dienst aangepast vervoer niet actief is, kan een aangepast voertuig uitgeleend worden. 

        Hoofdstuk 2 – Waarvoor kan vervoershulp gevraagd worden?

        Artikel 2 : 

        Individueel aangepast vervoer: voor elke vervoersgelegenheid waarbij geen beroep kan gedaan worden op openbaar vervoer of derden.

        De aanvrager kan niet terecht voor dringend medisch vervoer en ziekenvervoer. Goederen worden niet vervoerd.

        Artikel 3 : 

        Vervoer dienstverlening Stad Ieper: vervoer van en naar het Auriscentrum en van en naar activiteiten van het Zorgnetwerk waar de aanvrager niet op eigen kracht of met behulp van derden raakt.

        Hoofdstuk 3 – Betaling

        Artikel 4 :

        De aanvrager betaalt voor het individueel aangepast vervoer de rit per persoon, ook wanneer meerdere personen tegelijkertijd vervoerd worden.

        Voor één assistent of begeleider van de aanvrager is het vervoer gratis.

        Enkel de kilometers die de aanvrager effectief in het voertuig doorbrengt, worden aangerekend.

        Het tarief voor niet-rolwagengebruikers wordt vastgesteld op :

        Indien de afstand minder is dan 6 kilometer: € 1,00 per kilometer, met een minimum van 1 km.

        Indien de afstand meer is dan 6 kilometer: € 0,66 per kilometer. 

        Vanaf 26 kilometer: 0,90  per kilometer.

        Het tarief voor rolwagengebruikers wordt vastgesteld op :

        Indien de afstand minder is dan 6 kilometer: € 0,60 per kilometer (Er wordt steeds minstens 1 km aangerekend).

        Indien de afstand meer is dan 6 kilometer: € 0,50 per kilometer.

        Artikel 5 :

        De aanvrager betaalt voor een rit heen en terug naar dienstverlening van Stad Ieper het tarief van 1,50 euro.

        Artikel 6:

        Voor het uitlenen van het aangepaste voertuig wordt een tarief van € 0,50 per kilometer aangerekend.

        Artikel 7:

        De voormelde tarieven opgenomen in artikels 4, 5 en 6, vastgesteld in de raad van 2 december 2019 en hier hernomen, worden gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de index van november 2019. Ze worden jaarlijks op 1 februari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

        Formule: [huidig tarief] x gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat / gezondheidsindexcijfer van november 2019.  Het zo verkregen getal wordt afgerond tot 1 decimaal na de komma. Enkel wanneer het tweede decimaal uit de voormelde berekening gelijk is aan 5 of hoger wordt er naar boven afgerond.

        Artikel 8:

        Annuleert de aanvrager, behoudens overmacht, de geplande hulp niet tijdig, dan rekent de dienst een bedrag aan dat gelijk staat met kost van de uit te voeren rit. 

        Artikel 9:

        Het te betalen bedrag dient betaald te worden binnen de 30 kalenderdagen na factuurdatum.  Bij gebrek aan tijdige betaling kan dit tot verval van toelating tot gebruik van de dienst aangepast vervoer leiden.  In geval van aangetekende betalingsherinneringen wordt een administratieve kost van 10,00 euro aangerekend.

        Artikel 10: 

        De bepalingen van onderhavig reglement worden van kracht met ingang van 1 februari 2023.  Het reglement van 2 december 2019 betreffende het vaststellen van de tarieven voor aangepast vervoer wordt per 1 februari 2023 opgeheven.

        Artikel 11:

        Het reglement zal door de voorzitter van het vast bureau worden bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de webtoepassing bekendgemaakt werd. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van deze bekendmaking.

    • Patrimonium

      • Landbouwgrond Peperstraat Langemark - ruil met gronden St Jan: goedkeuring.

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Voorgeschiedenis

        In zitting van 14.12.2020 besloot het vast bureau:

        - Kennis te nemen van de opzegging per 31.12.2020 van de pachtovereenkomst met wijlen de heer Lucien Verschoore en de beëindiging van deze pachtovereenkomst op 31.12.2020 te aanvaarden.

        - Bij wijze van prijzij een forfaitair bedrag van 650,00 EUR uit te betalen. 

        In zitting van 01.02.2021 keurde de gemeenteraad het voorlopig onteigeningsbesluit betreffende de volgende onroerende goederen goed:

        - weiland gekadastreerd als Ieper 6e afdeling sectie B nr. 0288A met een kadastrale oppervlakte van 36a 33ca

        - weiland gekadastreerd als Ieper 2e afdeling sectie A nr. 0177D met een kadastrale oppervlakte van 65a 12ca

        - weiland gekadastreerd als Ieper 2e afdeling sectie A nr. 0181R met een kadastrale oppervlakte van 9a 78ca.

        De totale kadastrale oppervlakte van de te onteigenen onroerende goederen bedraagt 1ha 11a 23ca.

        Naakte eigenaar is dhr Koen Verdru, wonend te Langemark, Cayennestraat 88. Vruchtgebruiker is zijn vader, de heer Marc Verdru, wonend te Ieper, Ypermanstraat 43.

        In dezelfde zitting bepaalde de gemeenteraad de duur van de minnelijke onderhandelingstermijn op 8 maanden, te rekenen vanaf de 3e dag na de postdatum van het aangetekend schrijven gedateerd op 05.02.2021.

        In zitting van 05.07.2021 keurde de gemeenteraad het definitief onteigeningsbesluit inclusief het onteigeningsplan goed. 

        In zitting van 07.02.2022 besloot het vast bureau het volgende:

        - Principieel in te stemmen met de volgende ruil met de heren Marc en Koen Verdru: ruil van de  twee percelen grond in Langemark, Peperstraat tegen de drie percelen in St Jan, Brugseweg met daarbovenop betaling van een vergoeding van 90.000,00 EUR te betalen door het O.C.M.W.

        - Deze ruil ter goedkeuring te agenderen op een volgende zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        - De inrichting van de grond in Langemark als paardenweide op zich te nemen, uitgezonderd de bouw van een stal en hiervoor via de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing bijkomend een budget van 25.000,00 euro te voorzien.

        Juridische grond en bevoegdheid

        het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        Het O.C.M.W. Ieper is eigenaar van twee percelen landbouwgrond kadastraal gekend als Langemark, 1e afdeling, sectie G nrs. 0587 en 0591 met een totale kadastrale oppervlakte van 1ha 83a 80ca.

        De percelen werden laatst gebruikt als akkerland en zijn ingevolge opzegging door de erfgenamen van de voormalige pachter pachtvrij sinds 01.01.2021.

        Volgens het gewestplan Ieper - Poperinge, goedgekeurd bij KB van 14.08.1979 zijn deze percelen gelegen in agrarisch gebied.

        Dhr Marc en Koen Verdru verklaarden zich bereid om in te stemmen met een ruil van hun percelen in St Jan tegen deze landbouwgrond in Langemark op voorwaarde dat de stad/het O.C.M.W. een opleg van 90.000,00 euro betaalt rekening houdend met het aanzienlijke waardeverschil tussen grond deels gelegen in gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en grond gelegen in agrarisch gebied en op voorwaarde dat de stad/het O.C.M.W. de werken en de kosten op zich neemt om de landbouwgrond in Langemark als paardenweide in te richten en uit te rusten.

        Volgens het gewestplan Ieper - Poperinge, goedgekeurd bij KB van 14.08.1979 is de eigendom van dhr Marc en Koen Verdru gelegen deels in "gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen" en deels in "parkgebied".

        Op heden wordt de eigendom gebruikt als weiland voor paarden. Het weiland is omheind en voorzien van nutsvoorzieningen (water en elektriciteit) en een stal. Het perceel valt binnen het GRUP 'Jan Yperman en omgeving' binnen artikel 7: zone voor park. Dit perceel is cruciaal voor de toekomstige waterinrichtingswerken aan de Bellewaerdebeek. Het perceel geeft vanaf de Brugseweg toegang aan de provincie om deze werken uit te voeren. Bovendien creëert deze laaggelegen weide met historisch microreliëf uitgesproken kansen naar watergebonden natuurontwikkeling en waterberging binnen het toekomstig Jan Ypermanpark.

        In acht genomen het schattingsverslag van het landmeterskantoor Sabbe en co van 12.03.2021 betreffende de te verwerven gronden waarbij de vrijwillige openbare verkoopwaarde ervan wordt geschat op 245.000,00 EUR. In deze schatting wordt geen rekening gehouden met de opstallen, zijnde stal, omheining en aanwezige nutsvoorzieningen.

        In acht genomen het schattingsverslag van het landmeterskantoor Sabbe en co van 30.06.2021 betreffende de eventuele ruilgrond in Langemark waarbij de vrijwillige openbare verkoopwaarde ervan wordt geschat op 148.000,00 EUR.

        De kostprijs voor de inrichting van de ruilgrond als paardenweide wordt geraamd op 25.000,00 euro. Hierin zijn het plaatsen van een omheining en het herplaatsen van een poort begrepen alsook het voorzien van nutsvoorzieningen. Het voorzien van een stal is hierin niet begrepen en wordt door partijen Verdru ook niet gevraagd.

        Onder “inrichting” wordt het volgende begrepen:

        -          Leveren en plaatsen van nieuwe afsluiting

        -          Hoekpalen 60mm 3m lang wanddikte 2mm

        -          Tussenpalen dia 42mm wanddikte 1.75 mm 2.00m lang

        -          Steunpalen dia 42 mm L 3.00m 1.5mm wanddikte

        -          Alle palen ingegoten in funderingsbeton

        -          Prikkeldraden type Motto Betafence

        -          Uitbreken en verplaatsen oude poort

        -          Voorzien van nutsvoorzieningen water en elektriciteit

        Financiële gevolgen
        Jaar Budgetartikel Budget Reeds vastgelegd Oud beschikbaar Voorgesteld Nieuw beschikbaar Datum consultatie
        2023 ACO095/0050-2/22100  25.000  0  25.000  25.000  0  

        Daarbovenop wordt via meerjarenplanaanpassing 6 90.000 EUR voorzien op ACO 095/0050-2/220000.

        In bijlage:

        • Bijhorende documenten overheidsopdracht: offerten, briefwisseling,... 
        • financieel visum met visumnummer
        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad voor maatschappelijk welzijn met 15 ja stemmen en 4 onthoudingen (de raadsleden Six, Dehollander, Sabens en Vancayseele) tegen 10 neen (de raadsleden De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys en Dehaerne) :

        Artikel 1. In te stemmen met de volgende ruil om reden van openbaar nut, met name de realisatie van waterinrichtingswerken aan de Bellewaerdebeek: ruil van twee percelen landbouwgrond gelegen aan de Peperstraat in Langemark en kadastraal gekend als Langemark, 1e afdeling, sectie G nrs. 0587 en 0591 met een totale kadastrale oppervlakte van 1ha 83a 80ca, eigendom van het O.C.M.W. Ieper tegen drie percelen weiland, gelegen aan de Brugseweg in Sint Jan, in naakte eigendom van de heer Koen Verdru en vruchtgebruik van de heer Marc Verdru, met name: de volgende percelen:

        - weiland gekadastreerd als Ieper 6e afdeling sectie B nr. 0288A met een kadastrale oppervlakte van 36a 33ca

        - weiland gekadastreerd als Ieper 2e afdeling sectie A nr. 0177D met een kadastrale oppervlakte van 65a 12ca

        - weiland gekadastreerd als Ieper 2e afdeling sectie A nr. 0181R met een kadastrale oppervlakte van 9a 78ca

        Artikel 2. Bovenop de ruil een opleg van 90.000,00 EUR te betalen aan partijen Verdru.

        Artikel 3. Akkoord te gaan met de inrichting van de ruilgrond als paardenweide waarin wordt voorzien het plaatsen van een omheining, het herplaatsen van een poort begrepen alsook het voorzien van nutsvoorzieningen maar waarin het plaatsen van een stal niet wordt voorzien.

        Artikel 4. Een notaris aan te stellen conform de beurtrol om het dossier samen te stellen en de authentieke akte te verlijden.

        Artikel 5. De algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie te ontslaan van zijn verplichting ambtshalve inschrijving te nemen.

        Artikel 6. Het vast bureau te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.

        Artikel 7. De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur te gelasten met de ondertekening van de akte. 

      • Optimalisatie van het OCMW-handelspatrimonium in de Menenstraat te Ieper. Perceel buitenschrijnwerk. - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze - TD/2021/05/B

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

        De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

        De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 41, §1, 2° (het geraamde bedrag excl. btw overschrijdt de drempel van 750.000,00 EUR niet).

        Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

        Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

        Feiten, context en argumentatie

        In zitting van 6 september 2021 heeft de Raad voor Maatschappelijk Welzijn akte genomen van de lastvoorwaarden en de wijze van gunnen voor de aanstelling van een architect voor de optimalisatie van het OCMW-handelspatrimonium in de Menenstraat te Ieper.

        Deze opdracht bestond oorspronkelijk uit 3 delen, met name het het vervangen van de houten ramen van de panden Menenstraat 3-21, het opwaarderen van de Menenstraat 19 en het verbouwen van de inkom Menenstraat 13.

        De ontwerpopdracht werd ingevolge een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking gegund aan Wim Baekelandt van het Architectenbureau Verba bvba uit Ardooie.

        In zitting van 1 augustus 2022 heeft het Vast Bureau beslist om de aparte inkom Menenstraat 13 niet uit te voeren.  Naar aanleiding van de voorbereiding door architect Wim Baekelandt werd vastgesteld dat een brandweeradvies nodig was, waarbij geen enkele toegift en/of afwijking gegeven kon worden. Dit impliceerde dat het ganse winkelpand en het appartement ter hoogte van het geplande hoofdgebouw ingrijpend verbouwd zouden moeten worden om de vereiste brandcompartimentering te kunnen realiseren.  Gezien dan in het handelspand een dubbel plafond en in het appartement de volledige bestaande houten plankenvloer verwijderd zou moeten worden en omdat ook de technieken opnieuw geconcipieerd zouden moeten worden is beslist om af te zien van dit deelproject en dit eventueel uit te voeren naar aanleiding van een grondige renovatie van het volledige pand.   

        Door de ontwerper wordt momenteel deel 1, de opdracht “Optimalisatie van het OCMW-handelspatrimonium in de Menenstraat te Ieper. Perceel buitenschrijnwerk.” voorgesteld.  De voorliggende opdracht omvat het vernieuwen van het buitenschrijnwerk in zowel voor- als achtergevels van het handelspatrimonium in de Menenstraat, kant onpare nummers (5-7-9-11-15-17-19-21) met inbegrip van de afwerking :

        - afbraak van de bestaande ramen, deuren en gevelelementen

        - vervangen van bestaand buitenschrijnwerken door nieuw buitenschrijnwerk in PVC, hout en aluminium volgens detailopgave

        - het plaatsen van balustrades waar vereist 

        - het afwerken aan de binnenzijde d.m.v. raamtabletten en inkastingen

        - het uitvoeren van diverse interieuraanpassingen ter hoogte van de etalages. 

        De uitvoering van de werken is onderworpen aan de omgevingsvergunning OMV_2022091086. 

        De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 342.672,09 EUR excl. btw of 414.633,23 EUR incl. 21% btw.

        Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

        Financiële gevolgen

         

        Jaar

        Budgetartikel

        Budget

        Reeds vastgelegd

        Oud beschikbaar

        Voorgesteld

        Nieuw beschikbaar

        Datum consultatie

        2022

        ACO005011/0050-1/221007

        € 1.199.702,70

        € 659.124,58

        € 540.578,12

         € 414.633,23

         € 125.944,89

        10/11/2022

         

        In bijlage:

        • Bijhorende documenten overheidsopdracht: bestek, raming, foto’s en plannen. 
        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen besluit de raad voor maatschappelijk welzijn met 20 ja stemmen en 8 onthoudingen (de raadsleden De Roo, Laurens, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens en Feys) tegen 1 neen stem (raadslid Dehaerne) :

        Artikel 1: Het bestek met nr. TD/2021/05/B en de raming voor de opdracht “Optimalisatie van het OCMW-handelspatrimonium in de Menenstraat te Ieper. Perceel buitenschrijnwerk.” worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 342.672,09 EUR excl. btw of 414.633,23 EUR incl. 21% btw.

        Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

        Artikel 3: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

        Artikel 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2022 op het artikel ACO005011/0050-1/221007.

        Artikel 5: Het vast bureau te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.

    • Financiële dienst

      • Meerjarenplanaanpassing 6 2020-2025, deel OCMW - goedkeuring

        Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
        Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays
        Juridische grond en bevoegdheid

        Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad maatschappelijk welzijn.

        De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

        Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)

        Feiten, context en argumentatie

        De raad wordt gevraagd de meerjarenplanaanpassing 6 2020-2025, deel OCMW, vast te stellen en goed te keuren.

        De meerjarenplanaanpassing van de stad Ieper en het OCMW kan als volgt worden samengevat:  

        Beschikkend gedeelte

        Op basis van deze overwegingen stelt de raad maatschappelijk welzijn met 15 ja stemmen en 2 onthoudingen (de raadsleden Sabels en Vancayseele) tegen 12 neen stemmen (de raadsleden   De Roo, Laurens, Desomer, Williams, Durnez, De Groote, Baert, Gheysens, Feys, Dehaerne, Six en Dehollander) de meerjarenplanaanpassing 6 2020 - 2025, wat het deel OCMW betreft, vast en wordt deze goedgekeurd. 

  • Mededelingen

    • Mededelingen

      Aanwezig: Ann-Sophie Himpe, Emmily Talpe, Philip Bolle, Patrick Benoot, Ives Goudeseune, Valentijn Despeghel, Diego Desmadryl, Dimitry Soenen, Eva Ryde, Thijs Descamps, Sarah Bouton, Gaetan Dumoulin, Evelyn Bouchaert, Andy Verkruysse, Jan Delie, Katrien Desomer, Jo Baert, Peter De Groote, Stephaan De Roo, Miet Durnez, Jan Laurens, Stefaan Williams, Hans Feys, Miguel Gheysens, Peter Dehaerne, Jordy Sabels, Sam Vancayseele, Nancy Six, Saskia Dehollander, Stefan Depraetere
      Verontschuldigd: Isabelle Duquesne, Edouard Wallays

Namens Raad Maatschappelijk Welzijn,

Stefan Depraetere
Algemeen directeur

Ann-Sophie Himpe
Voorzitter