Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
De notulen van de vergadering van 30 juni 2025 werden conform de bepalingen van het gemeentedecreet opgemaakt en tijdig ter beschikking gesteld van de raadsleden. Er zijn geen opmerkingen geformuleerd waardoor ze als goedgekeurd kunnen beschouwd worden.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen de notulen van de zitting van 30 juni 2025 als goedgekeurd te beschouwen.
Sinds 1994 werken Westhoekgemeenten samen in het kader van Westhoekoverleg. Deze samenwerking berust op een samenwerkingsprotocol dat ter goedkeuring werd voorgelegd aan de gemeenteraden van de 18 Westhoekgemeenten voor een periode van zes jaar, die start in het tweede jaar van de lokale legislatuur. Om de continuïteit van de werking te garanderen is het nodig het lopende protocol 2020-2025 voor eind 2025 te vervangen door het nieuwe protocol 2026-2031.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
Oprichtingsakte DVV Westhoek
Protocol voor samenwerking tussen de regio Westhoek en de Provincie West-Vlaanderen.
Westhoekgemeenten hebben een lange traditie van samenwerking. Sinds 1994 wordt er samengewerkt in het kader van Westhoekoverleg.
In 2017 richtten 16 Westhoekgemeenten en WVI een streekintercommunale Dienstverlenende Vereniging (DVV) Westhoek op voor de regio. Deze streekintercommunale werd opgericht als uitvoerend agentschap voor de samenwerking tussen de lokale besturen van de Westhoek conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur. In 2019 trad de gemeente Koksijde toe. Westhoekoverleg treedt op als beleidsvoorbereidend overlegorgaan t.a.v. DVV Westhoek.
Overleg met de Provincie West-Vlaanderen maakt intrinsiek deel uit van het Westhoekoverleg. Daarom wordt het protocol Westhoekoverleg 2026-2031 ook ter goedkeuring voorgelegd aan de Provincie.
De West-Vlaamse Intercommunale (WVI) staat sinds de oprichting van het Westhoekoverleg in voor de ondersteuning van de werking van het Westhoekoverleg. Op vandaag gebeurt dit in hoofdzaak door de inzet van een coördinator voor het burgemeestersoverleg, die tevens optreedt als algemeen directeur van DVV Westhoek. Ook WVI wordt in die zin gevraagd het protocol goed te keuren.
Tot slot wordt ook DVV Westhoek verzocht om het protocol goed te keuren. Als intercommunale van de 17 Westhoekgemeenten en de WVI neemt ze een belangrijke rol op in de intergemeentelijke samenwerking in de Westhoek en houdt ze daarbij rekening met de krijtlijnen die uitgestippeld worden door het burgemeestersoverleg. Tevens wordt het financiële kader bepaald in het protocol waarbinnen DVV Westhoek zal functioneren.
Het protocol bestaat uit een vormelijk gedeelte en een inhoudelijk gedeelte.
Het vormelijke gedeelte van het protocol gaat over
- de samenstelling;
- de doelstellingen;
- de werking van het burgemeestersoverleg, het dagelijks bestuur, het streekforum (voor het overleg met de sociale partners), het directeursoverleg en overig sectoraal overleg.
Het inhoudelijke gedeelte gaat over de uitdagingen van de Westhoek en hoe er in deze legislatuur op streekniveau rond gewerkt zal worden met de opmaak van een streekagenda.
Voorgesteld wordt het samenwerkingsprotocol 2026 - 2031 goed te keuren.
Op basis van deze overwegingen besluit de raad met algemeenheid van stemmen:
Artikel 1: het protocol Westhoekoverleg 2026 – 2031 als bijlage bij dit besluit goed te keuren.
Artikel 2: voor de verdere opvolging van het protocol de burgemeester en de algemeen directeur te machtigen tot het ondertekenen van dit protocol.
Artikel 2: een afschrift van dit besluit te bezorgen aan het secretariaat van Westhoekoverleg.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018);
De Nieuwe Gemeentewet, en in het bijzonder de bevoegdheden van de burgemeester (artikel 133 en 135§2 NGW);
De Wet op het Politieambt in het bijzonder artikel 34;
Het zonale veiligheidsplan;
Door regelmatige vaststellingen van herhaalde feiten van fysieke agressie op de spoorlijn 69 (Kortrijk - Poperinge), gemeld door Belgianrail en vaststellingen van de lokale politie tijdens meerdere acties, was de vraag vanuit PZ VLAS tot gecoördineerde acties in kader van overlast rond treinstations, met specifieke aandacht voor fietsdiefstal en overlast algemeen, waarbij deze stijgend problematiek ook aan de stationsomgeving op grondgebied PZ ARRO Ieper (Wervik – Ieper – Poperinge) merkbaar was en is. Dit leidt tot verstoringen van de openbare orde in een breed scala aan wangedrag en misdrijven gaande van vechtpartijen, vandalisme tot misbruik van alcohol en verdovende middelen, weerspannigheid, agressie, etc. Om die redenen werden dan ook meerdere acties georganiseerd in de voorbije maanden.
Normaal gebeuren identiteitscontroles a priori niet stelselmatig. Maar uitzonderlijk, namelijk wanneer bepaalde plaatsen worden bedreigd of bijzondere gebeurtenissen zich voordoen, is niet enkel een algemene controle en fouillering van personen toegelaten maar kan die controle van hun identiteit op dusdanige wijze georganiseerd en gepland worden dat ze met een zekere stelselmatigheid wordt uitgevoerd. Op basis van vermelde juridische gronden kunnen de overheden van bestuurlijke politie, i.c. de burgemeester, met het oog op het handhaven van de openbare veiligheid en/of het verzekeren van de naleving van de wettelijke bepalingen met betrekking tot de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, binnen de perken van hun bevoegdheden identiteitscontroles voorschrijven, uit te voeren door de politiediensten in de omstandigheden die deze overheden bepalen.
In casu paste dergelijke maatregel ook in het kader van doelstelling 2 - aanpak leefbaarheidsproblematiek zoals opgenomen in het zonaal veiligheidsplan.
Het lijdt geen twijfel dat de openbare orde in de stationsomgeving ernstig verstoord wordt door het groeiend onveiligheidsgevoel dat er veroorzaakt wordt door groepen mensen en individuen die er elkaar opzoeken om uiteenlopende overlast te veroorzaken en/of straatcriminaliteit te plegen. De gedane vaststellingen tonen dit duidelijk aan.
De stationsperimeter, bepaald door het stationsgebouw met een circulaire perimeter van 700m rond het stationsgebouw, toneel van deze bijzondere gebeurtenis, moet worden beschouwd als een bijzondere plaats die wordt bedreigd. Aanvullend hieraan geldt dit ook voor de treinen en bussen vertrekkend en aankomend aan het station incl. tijdens de ritten op het grondgebied.
Bewoners en passanten op die plaats moeten beschermd worden tegen deze bijzondere gebeurtenis. Daarbij moet alles in het werk gesteld worden om te voorkomen dat zij nog langer geconfronteerd worden met dagelijkse overlast en straatcriminaliteit in deze buurt. Stelselmatige identiteitscontroles in combinatie met veiligheidsfouillering op die plaats zijn met het oog op het handhaven van de openbare orde, dan ook een gewettigd instrument.
Hiertoe werd bij besluiten van de burgemeester bepaald dat in 2024 stelselmatige identiteitscontroles en fouillering van personen door de leden van de lokale politiezone ARRO Ieper en de leden van de politiediensten waarmee zij samenwerken, in de context van artikel 34 van de Wet op het Politieambt, gelegitimeerd zijn binnen de geografische omschrijving vooropgestelde stationsperimeter (het stationsgebouw met een circulaire perimeter van 700m rond het stationsgebouw).
De acties in de stationsbuurten (trein – treinstation en omgeving) waren een succes, in die zin dat er heel wat onregelmatigheden werden vastgesteld. In die zin werd beslist deze maatregelen aan te houden en te verlengen.
Bij besluit van de burgemeester van 13 augustus 2024 werd goedkeuring gegeven om deze controleacties verder te zetten in de periode 2 september 2024 tot en met 31 december 2024.
Ook in die periode zijn de acties in de stationsbuurten (trein – treinstation en omgeving) resultaten blijven opleveren, in die zin dat er heel wat onregelmatigheden werden vastgesteld. Over de gehele periode geeft dit volgende vaststellingen van de politie volgend uit 7 gecoördineerde acties van september 2024 t.e.m. december 2024 in de stationsomgevingen van Wervik, Ieper en Poperinge (allen verbonden met spoorlijn 69): 11 arrestaties, 71 gerechtelijke PV, …
In overleg binnen de politiezone en na afstemming met de betrokken buurgemeentes, heeft de burgemeester aldus bij besluit van 23 december 2024 beslist dat vanaf 1 januari tot en met 30 juni 2025 stelselmatige identiteitscontroles en fouillering van personen door de leden van de lokale politiezone ARRO Ieper en de leden van de politiediensten waarmee zij samenwerken, in de context van artikel 34 van de Wet op het Politieambt, gelegitimeerd zijn binnen de geografisch vooropgestelde stationsperimeter (het stationsgebouw met een circulaire perimeter van 700m rond het stationsgebouw).
Ook in die periode zijn de acties in de stationsbuurten (trein – treinstation en omgeving) resultaten blijven opleveren, in die zin dat er heel wat onregelmatigheden werden vastgesteld. Over de gehele periode geeft dit volgende vaststellingen van de politie volgend uit 7 gecoördineerde acties van september 2024 t.e.m. december 2024 in de stationsomgevingen van Wervik, Ieper en Poperinge (allen verbonden met spoorlijn 69): 4 arrestaties, 82 bestuurlijke en/of gerechtelijke PV, …
De stationsbuurten blijven dan ook de nodige aandacht vragen, zowel in reguliere werking als met gerichte acties. Tijdens de zomer zal de politie de nodige aandacht hebben voor deze buurten, maar vanaf september 2025 zouden ze opnieuw meer gericht te werk kunnen gaan door o.a. systematische controles uit te voeren. er wordt dan ook gevraagd om toelating te verlenen voor dergelijke controleacties tot eind februari 2026.
Teneinde de uniformiteit binnen de politiezone te behouden, werd dit besluit door de burgemeester onmiddellijk genomen, zonder zich voorafgaand tot de gemeenteraad te wenden. De burgemeester houdt zich eraan om de raad in kennis te stellen en het besluit door de gemeenteraad te laten bekrachtigen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met 22 ja stemmen en 10 onthoudingen (de raadsleden Goudeseune, V. Despeghel, Verkruysse, N. Vandamme, W. Vandamme, Bossaert, Bibuljica, Deygers, Demeyere en Louwyck):
Artikel 1: het burgemeesterbesluit dd. 24 juli 2025 dat stelt dat vanaf 1 september 2025 tot en met 28 februari 2026 stelselmatige identiteitscontroles en fouillering van personen door de leden van de lokale politiezone Arro Ieper en de leden van de politiediensten waarmee zij samenwerken, in de context van artikel 34 van de wet op het politieambt gelegitimeerd zijn gelegitimeerd zijn binnen de geografisch vooropgestelde perimeter (het stationsgebouw met een circulaire perimeter van 700m rond het stationsgebouw).
Artikel 2: een afschrift hiervan te bezorgen aan de korpschef van de politiezone.
In zitting van 19.05.2025 besloot het college van burgemeester en schepenen om principieel in te stemmen met de openbare verkoop van het commercieel gebouw met achterliggende loods, loods op en met grond en uitweg, gelegen aan de Diksmuidseweg 340 en 342+ in Boezinge, kadastraal gekend als Ieper, 8e afdeling, sectie D, nr. 852 D P0000 met een oppervlakte van 28a 79ca en een schattingsverslag aan te vragen bij dhr Chris Bossant, landmeter - schatter.
Het goed werd aangekocht om redenen van openbaar nut maar werd eigenlijk voornamelijk als stockageruime gebruikt. bij nader onderzoek is het gebleken niet aangewezen te zijn aan deze locatie een andere bestemming of functie van opnebaar nut toe te kennen. Vandaar het voorstel tot verkoop.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
In het schattingsverslag van 10.06.2025 bepaalt landmeter-expert Chris Bossant de vrijwillige openbare verkoopwaarde van dit onroerend goed op 360.000,00 euro.
De openbare verkoop gebeurt bij voorkeur via het systeem BIDDIT.
De algemene administratie van de patrimoniumdocumentatie wordt ontslagen van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de akte.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met 18 ja stemmen, 3 onthoudingen (de raadsleden Six, Dehollander en Kinoo) tegen 11 neen stemmen (de raadsleden Goudeseune, Bolle, V. Despeghel, Verkruysse, N. Vandamme, W. Vandamme, Bossaert, Bibuljica, Deygers, Demeyere en Louwyck):
Artikel 1: In te stemmen met de openbare verkoop via Biddit van het commercieel gebouw met achterliggende loods, loods op en met grond en uitweg, gelegen aan de Diksmuidseweg 340 en 342+ in Boezinge, kadastraal gekend als Ieper, 8e afdeling, sectie D, nr. 852 D P0000 met een oppervlakte van 28a 79ca2.
Artikel 2: De minimale verkoopprijs te bepalen op 360.000,00 EUR.
Artikel 3: Een Ieperse notaris, aangesteld conform de beurtrol, te gelasten met de dossiersamenstelling en het verlijden van de akte.
Artikel 4: De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de akte.
Artikel 5: De voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur te machtigen alle stukken aangaande deze verkoop te ondertekenen.
Artikel 6: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
De stad Ieper is eigenaar van een perceel grond dat dienstig is voor een inbuizing van rioolwaterzuiveringsinfrastructuur. Aquafin nv wenst hiervoor een recht van erfdienstbaarheid.
Deze grond is kadastraal gekend als deel van Ieper, afdeling 8, sectie D, perceelnummer 852D4.
Een beëdigd landmeter-expert heeft een schattingsverslag opgemaakt, de waarde werd bepaald op 253,00 EUR, dit is de standaardvergoeding van 3 euro per strekkende meter.
Er werd een ontwerpakte opgesteld door het notariaat Thiery, aangesteld door Aquafin nv.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd deze vestiging van een erfdienstbaarheid goed te keuren en de Algemene Administratie Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van zijn verplichtingen ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de akte.
Op voorstel van college van burgemeester en schepenen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen:
Artikel 1: over te gaan tot het vestigen van een erfdienstbaarheid kadastraal gekend als deel van Ieper, afdeling 8 sectie D nr 852D4 met een breedte van 5m en een lengte van 50,6m ten gunste van Aquafin nv voor een bedrag van 253,00 EUR, bepaald volgens plan.
Artikel 2: de ontwerpakte van het notariaat Thiery goed te keuren.
Artikel 2: het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van de beslissing.
Artikel 3: de voorzitter en de algemeen directeur aan te stellen om de akte en alle bijgaande stukken te ondertekenen.
Artikel 4: de Algemene Administratie Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij overschrijving van de akte.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
In het kader van het provinciaal reglement toeristische impulsen voor het herstellen en/of vernieuwen van bestaande recreatieve paden en infrastructuur, dat Westtoer in april lanceerde, wordt een dossier ingediend voor de opwaardering van de site John McCrae. Het noordelijk deel van deze site is door ouderdom en intensief gebruik sterk gedegradeerd en dringend aan herstel toe. Het dossier omvat vernieuwing van de recreatieve infrastructuur (trap, houten vlonder, infopanelen, nieuwe zitbanken), vernieuwing van weidepalen en landschappelijke opwaardering (aanplant bosgoed en hoogstamfruitbomen).
De inrichtingen die de stad destijds op al deze site hebben uitgevoerd vonden plaats op percelen in eigendom van de stad Ieper en een perceel van de Vlaamse Milieumaatschappij kadastraal gekend, 5e afdeling, Boezinge, sectie A, perceelnummer 33305_A_1070_K_005_00.
Om deze samenwerking te formaliseren wordt voorgesteld een overeenkomst voor kosteloos gebruik af te sluiten met de Vlaamse Milieumaatschappij. Aangezien de stad Ieper het subsidiedossier zal indienen en de geplande inrichtingen niet volledig plaatsvinden op percelen in onze eigendom vormt dergelijke overeenkomst een noodzakelijk bijlage in het subsidiedossier.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen akkoord te gaan met de overeenkomst voor het kosteloos gebruik van perceel van de Vlaamse Milieumaatschappij kadastraal gekend, 5e afdeling, Boezinge, sectie A, perceelnummer 33305_A_1070_K_005_00.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
Het artikel 263 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat er voor het einde van het derde kwartaal aan de gemeenteraad en aan de raad voor maatschappelijk welzijn een opvolgingsrapport over het eerste semester van het boekjaar wordt voorgelegd.
Het opvolgingsrapport bevat stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan tot 30 juni 2025.
De gemeenteraad neemt hiervan kennis.
Het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en latere wijzigingen, in bijzonder de artikel 40,41 en 56, inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad en het College van Burgemeester en Schepenen.
Decreet houdende de gemeentewegen van 03 mei 2019.
Gecodificeerde decreten Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening) van 15/05/2009.
Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Besluit van de gemeenteraad van 25 februari 2019, vaststelling van de gemeentelijke procedure voor het uitvoeren van uitrustings- en infrastructuurwerken bij verkavelings- en groepswoningbouwprojecten en goedkeuring van het stappenplan voor het bekomen van een omgevingsvergunning voor het verkavelen of bijstellen van een verkaveling of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen voor een bouwproject met openbare wegenis.
Ontwerpbureau Studio Basta werd aangesteld om het ontwerp en bestek op te maken voor de aanleg van het Ypermanpark gelegen langs de Brugseweg, Groenestraat, Pilkemseweg, kadastraal gekend Ieper, 2de afdeling, sectie A, nrs 172, 173, 173B2, 176A, 177D, 181R, 191D en Ieper, 6de afdeling, sectie B, nrs. 270E, 274E, 274H, 277N3, 284W3, 288A, 293T, 293X, 307X, 307M2, 307P2, 307R2. Het bestek met dossiernr. ARA 442/2025 en de plannen voor de aanleg met inbegrip van het rooilijnplan worden ter goedkeuring voorgelegd.
Het voorliggend dossier omvat volgende werkzaamheden:
De werken omvatten de aanleg van een ecologisch landschapspark op gronden van de stad Ieper, het OCMW van Ieper en de Provincie West-Vlaanderen, conform de voorwaarden uit het RUP Jan Yperman en Omgeving. De bestaande waterstructuren worden aangepast en opgewaardeerd om hemelwater vanuit het projectgebied, de site van het Jan Ypermanziekenhuis en de directe omgeving maximaal te laten infiltreren, bufferen en vertraagd af te voeren richting Bellewaerdebeek. Bijkomende (speel)grachten, wadi’s en poelen worden aangelegd. De Bellewaerdebeek krijgt een winterbed om bij piekdebieten meer water in het parkgebied te kunnen stockeren. Om dit mogelijk te maken wordt de aanwezige DWA-leiding afgebogen en staan er een beperkt aantal vegetatiewijzigingen en sloopwerkzaamheden gepland. De afgegraven grond zal ter plaatse hergebruikt worden in een speelheuvel en een aantal bermen.
Centraal doorheen het parkgebied komt een wandel- en fietspad in betonverharding waarop een secundaire structuur van graspaden wordt geënt. Het parkgebied zal ten zuiden toegankelijk zijn via een nieuwe wandel- en fietsbrug over de Bellewaerdebeek.
Veelvuldige, verspreide en gevarieerde aanplantingen van inheemse bomen en struiken geven de groenstructuur vorm. Bijkomende ecologische variatie wordt verkregen door schapenbegrazing en aangepast beheer van de hooilanden, ruigtes en houtkanten. Er wordt een erfgoedboomgaard en een voedselbos aangelegd en langs de Groenestraat komt een hondenlosloopweide. Waar mogelijk worden de waardevolle erfgoedrelicten in het parkgebied gevisualiseerd of informatief geduid.
Motivatie verlegging buurtwegen
Over het projectgebied loopt volgens de Atlas der Buurtwegen sentier n°26-n°19, als trage wegverbinding tussen de Pilkemseweg (thv huisnummer 96) en de Brugseweg (thv de Bellewaerdebeek). Beide sentiers lopen in elkaar over op de grens van 2 deelplannen.
Het grootste deel van deze sentier loopt volgens de Atlas der Buurtwegen over het projectgebied. Een deel ervan loopt over de site van het Jan Ypermanziekenhuis.
Op het terrein is de sentier niet meer zichtbaar en op heden niet meer in gebruik.
Volgens het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 (Gemeentewegendecreet) wordt deze sentier beschouwd als een gemeenteweg.
Met de inrichting van het parkgebied wordt het tracé van deze sentier niet behouden, maar worden nieuwe trage wegverbindingen voorzien tussen de Brugseweg en de Pilkemseweg, maarook het Bellewaardebeekpad en de Groenestraat.
In die zin wordt gevraagd de bestaande sentier n°26-n°19 te verleggen naar het tracé van de trage wegen voorzien in het ontwerp, cfr. de doelstellingen en principes uit artikel 3 en 4 van het Gemeentewegendecreet.
Met de inrichting van het Ypermanpark wordt de doelstelling van het decreet volledig ondersteund, nl. er wordt een nieuw netwerk van trage wegen ontworpen, die zowel een
functioneel als recreatief doel hebben. Er worden hierdoor verbindingen voor trage weggebruikers gecreëerd tussen de Pilkemseweg, het Bellewaardebeekpad, de Brugseweg en de Groenestraat.
De functionele ontsluiting tussen het Bellewaerdebeekpad en de Groenestraat wordt voorzien in fijngeborsteld beton. De overige trage wegen in gazon met houten vlonderpaden waar een waterpartij doorkruist moet worden.
Conform artikel 12 van het Gemeentewegendecreet kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het Omgevingsvergunningsdecreet opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden.
De aanvraag voor de aanleg van nieuwe trage wegen en de verplaatsing van de bestaande sentier wordt bijgevolg geïntegreerd in de omgevingsvergunningsaanvraag.
Het rooilijnplan wordt toegevoegd aan de aanvraag, conform de bepalingen van artikel 16 van het Gemeentewegendecreet.
Resultaten openbaar onderzoek
In toepassing van art. 47 van het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning neemt de gemeenteraad een beslissing over de voorgestelde wegenwerken en neemt zij daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek teneinde deze mee te nemen in de bespreking. Volgens de toelichting van het besluit bespreekt de gemeenteraad enkel de bezwaren die handelen over de zaak der wegen
Het openbaar onderzoek liep van 25 juni 2025 tot en met 24 juli 2025. Daarbij werden 3 bezwaarschrift(en) ontvangen. De bezwaren die betrekking hebben op de zaak der wegen worden onderstaand opgelijst en geëvalueerd:
| B01 |
In het kader van het openbaar onderzoek met betrekking tot de stedenbouwkundige aanvraag voor de aanleg van een stadspark grenzend aan ons eigendom wensen we verduidelijking over het aanplanten van twee Corylus colurna, die volgens het dossier op of vlak bij de perceelgrens met onze tuin zouden komen. We wensen verduidelijking over de volgende zaken: 1. Waar zullen deze bomen exact geplant worden? We kunnen dit onvoldoende goed afleiden uit de bijgevoegde schaal. Als we dit nu nagaan op het plan (zie bijlage), dan komt dit zeer dicht op de perceelsgrens. Over hoeveel meter gaat dit? 2. Waarvoor staat de dikke stippelijn (in vette rode lijn) en het gearceerde gebied (in gewone rode lijn) juist? Ervan uitgaande dat dit onze perceelsgrens is, zien wij hier wel een aantal mogelijk problemen opduiken. 3. Verlies aan natuurlijk zonlicht Onze tuin is zuid-zuidwest georiënteerd en geniet momenteel van optimale lichtinval, vooral in de middag en avond. De Corylus colurna is een boom die op termijn 15 tot 20 meter hoog en 6 tot 10 meter breed kan worden. Als deze bomen daadwerkelijk op of vlak naast de grens worden geplant, zal dit op termijn leiden tot significante schaduwvorming en een blijvende belemmering van zonlicht in onze tuin. Hoe hoog en hoe breed zullen jullie deze bomen laten komen? Hebben jullie al een snoeilengte en -breedte vastgelegd? 4. Overhangende takken Uit het plan (zie bijlage) blijkt dat de takken van deze bomen zich gedeeltelijk over ons perceel zullen uitstrekken. Als ik de wet na ga, zie ik dat dit bij wet verboden is. Hebben jullie hiermee rekening gehouden? 5. Ondergroeiende wortels Bovendien kunnen de wortels van deze diepwortelende bomen schade veroorzaken aan mijn toekomstige tuinstructuur, beplanting of verhardingen. Zullen jullie hiervoor een ondergronds wortelscherm aanleggen? Daarnaast zijn er vlak tegen de omheining (en dus de bomen; zie bijlage) drie ondergrondse infiltratieputten. De wortels van deze boom kunnen naar de toekomst toe misschien schade veroorzaken aan deze infiltratieputten of de wortels kunnen in de put zelf groeien. 6. Ondergrondse erfdienstbaarheid voor riolering Ter hoogte van de voorziene plantlocatie bevindt zich een ondergrondse erfdienstbaarheid voor riolering (zie bijlage). Dit kan een probleem geven bij het planten van de bomen (afhankelijk van de diepte) en in de toekomst t.g.v. de ingroei van de wortels. Zijn jullie hiervan op de hoogte? |
Evaluatie Op 7, 8 en 17 juli werd verduidelijking geformuleerd bij de gestelde vragen: 1. De aanvraag voor Omgevingsvergunning is van toepassing voor alle vergunningsplichtige werken in het toekomstige Jan Ypermanpark. Aanplanten van bomen en struiken is een niet-vergunningsplichtige activiteit. De weergegeven beplantingen op de plannen zijn dan ook indicatief, zeker voor wat de solitaire bomen en struiken betreft. Het beplantingsplan en de uiteindelijke soorten dienen nog verder verfijnd te worden in functie van concrete aanleg en budget. Dit plan moet rekening houden met veel factoren waaronder parkinrichting, ecologie, zichtassen, beheer, recreatie & impact op en vanuit aangelande percelen. Het bestuur heeft de intentie om in het najaar van 2025 breed te communiceren over de verdere stappen en de concrete inrichting (waaronder ook het beplantingsplan). Bij de aanleg dienen ook steeds de wettelijke plantafstanden uit het Burgerlijk Wetboek gerespecteerd te worden, dit houdt in minstens 2 meter voor bomen die 2 meter of hoger zijn en anderhalve meter voor andere bomen, struiken en hagen. Er zal dus nooit op of vlak tegen de perceelsgrens worden aangeplant. 2. De dikke stippellijn duidt de projectcontour aan. Het gearceerde gebied staat voor houtwal bossages (1 plant/1m²) wat neerkomt op de aanleg van een groenbuffer van inheems opgaand groen.3. Zie 1; bij de aanleg dienen ook steeds de wettelijke plantafstanden uit het Burgerlijk Wetboek gerespecteerd te worden, dit houdt in minstens 2 meter voor bomen die 2 meter of hoger zijn en anderhalve meter voor andere bomen, struiken en hagen. Er zal dus nooit op of vlak tegen de perceelsgrens worden aangeplant. 4. Zie 1; bij de aanleg dienen ook steeds de wettelijke plantafstanden uit het Burgerlijk Wetboek gerespecteerd te worden, dit houdt in minstens 2 meter voor bomen die 2 meter of hoger zijn en anderhalve meter voor andere bomen, struiken en hagen. Er zal dus nooit op of vlak tegen de perceelsgrens worden aangeplant. 5 en 6. Zie 1; bij de aanleg dienen ook steeds de wettelijke plantafstanden uit het Burgerlijk Wetboek gerespecteerd te worden, dit houdt in minstens 2 meter voor bomen die 2 meter of hoger zijn en anderhalve meter voor andere bomen, struiken en hagen. Er zal dus nooit op of vlak tegen de perceelsgrens worden aangeplant. De stedelijke diensten zijn op de hoogte wat betreft de ondergrondse erfdienstbaarheid. Het gaat in deze zone om heesters, hier worden dan ook hoofdzakelijk niet-diepwortelende soorten voorzien. |
| B02 |
De nabijgelegen Britse militaire begraafplaats White House Cemetery is sinds 1 april 2009 beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door haar artistieke en historische waarde, in casu architectuurhistorische, historische context en militair-historische waarde.
Wij zijn van mening dat de aanleg van het Ypermanpark geen impact zou hebben op de erfgoedwaarden van White House Cemetery. Wij formuleren echter wel de volgende bemerkingen:
Op korte termijn plannen wij restauratiewerken aan de Britse militaire begraafplaats White House Cemetery. Onder voorbehoud van toestemming van de noodzakelijke instanties en het kunnen vrijmaken van budgetten, plannen wij deze werken tussen april 2026 en maart 2027. Het lijkt ons aangeraden om onze planningen met elkaar te delen teneinde de werken aan het Ypermanpark en White House Cemetery vlot te kunnen laten verlopen. Tot slot wenst de Commonwealth War Graves Commission graag geïnformeerd te blijven over het verdere verloop van dit dossier en eventuele werkzaamheden. Wij wensen de stad Ieper heel veel succes met dit project en kijken alvast uit naar het resultaat.
|
Evaluatie De CWGC vraagt aandacht voor het behoud van de erfgoedwaarde van White House Cemetery. Van bij de start van het project is erfgoed als één van de 4 belangrijke pijlers opgenomen (naast water, natuur en beleving) en White House Cemetery geldt als beschermd monument als een belangrijke erfgoedelement in het zuiden van het projectgebied. Het parkontwerp houdt dan ook maximaal rekening met de integratie, bereikbaarheid en visualisatie van deze begraafplaats. Om dit bijkomend te duiden vond een plaatsbezoek plaats met de CWGC en de leidend ambtenaar van de stad Ieper op 22 mei 2025. De huidige hoogteniveaus en de waterhuishouding op de begraafplaats worden gerespecteerd. Er vinden geen wijzigingen plaats binnen de contour van de begraafplaats. De inrichting van het omliggend parklandschap is zo voorzien dat geen impact zal zijn op de waterhuishouding van de begraafplaats. De aanwezige parkeerplaatsen voor de begraafplaats bevinden zich grotendeels op openbaar domein, de ontwikkeling van het Jan Ypermanpark houdt geen wijzigingen in van deze hoofdingang. Wat verstorende elementen betreft; in het park komen geen verlichtingspalen en de afvalbakken worden enkel aan de ingangen geplaatst. De plaatsing van eventuele infoborden en een schuilhok voor de schapen in de onmiddellijke omgeving van de begraafplaats zal in overleg met de CWGC gebeuren. Ook voor de geplande kennisdeling van de erfgoedelementen in het park (luisterwandeling met QR-codes) zal een beroep gedaan worden op de expertise van de CWGC rond de historiek van White House Cemetery. De parkaanleg zal in verdere goede samenwerking gebeuren met de CWGC om de inhoudelijke, visuele, historische en planmatige aspecten maximaal op elkaar af te stemmen. |
| B03 |
We hadden een vraag in verband met de eventuele aanpassingen van de RWA die momenteel achteraan de percelen van de Brugseweg liggen. Bij de geplande werken ("Te slopen rwa-riolering en meetcontructie") staat geen gedetailleerd plan waarop staat vermeld welke leidingen worden verwijderd en/of worden vervangen. Deze leidingen zijn nochtans van belang voor de afwatering van het regenwater dat in onze achterliggende tuin (en deze van de buren) valt omdat die lager ligt dan het straatniveau. We hadden hierover dan ook graag meer informatie en/of garanties gekregen. |
Evaluatie De stedelijke diensten werden in 2023 door buurtbewoners op de hoogte gebracht over de aanwezigheid van een RWA-afwateringsbuis gelegen achter de woningen van de Brugseweg. Een proefboring begin 2024 heeft deze melding bevestigd. Deze buis verzamelt RWA van verschillende woningen gelegen langs de Brugseweg en takt net ten noorden van de Britse begraafplaats aan op de riolering van de Brugseweg. Deze info werd meegenomen in het ontwerp en deze RWA-buis achter de Brugseweg zal dan ook onaangeroerd blijven liggen zodat ze haar functie kan behouden. Op de plaats waar deze buis momenteel aftakt richting Brugseweg zal ze worden afgeleid richting park zodat dit regenwater vertraagd en bovengronds zal kunnen infiltreren of afstromen doorheen het parkgebied.
|
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen:
Artikel 1 : In functie van de bespreking kennis te hebben genomen van de bezwaren m.b.t. de zaak van de wegen die werden ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Artikel 2 : Goedkeuring wordt verleend aan 'de zaak der wegen', met name het verleggen van buurtwegen 26-19, de rooilijn en het ontwerpbestek ARA 442/2025 met plannen van omgevingsaanvraag met projectnummer OMV_2024147492 opgesteld door het studiebureau studio Basta in opdracht van de stad Ieper met het oog op de aanleg van het Ypermanpark gelegen langs de Brugseweg, Groenestraat, Pilkemseweg, kadastraal gekend Ieper, 2de afdeling, sectie A, nrs 172, 173, 173B2, 176A, 177D, 181R, 191D en Ieper, 6de afdeling, sectie B, nrs. 270E, 274E, 274H, 277N3, 284W3, 288A, 293T, 293X, 307X, 307M2, 307P2, 307R2, overeenkomstig het gemeentelijk reglement van 2 september 2024 en in uitvoering van artikel 31, eerste lid van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014 en artikel 47 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Artikel 3 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
Het is noodzakelijk om de statuten van JOC Ieper vzw te actualiseren. De voorstellen van wijzigingen zijn 3-ledig.
Statuten - wijzigingen:
art 3. De vereniging staat tevens in voor de organisatie en uitbating van de camping op de site Kasteelwijk en de functies hieraan verbonden. --> schrappen camping als taak van JOC Ieper vzw
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen om
artikel 1. volgende statuten goed te keuren:
Gecoördineerde statuten JEUGDONTMOETINGSCENTRUM IEPER vzw – ondernemingsnummer 0432.464.404
TITEL I.: NAAM, ZETEL, VOORWERP, DUUR
art. 1: De vereniging draagt de naam “Jeugdontmoetingscentrum Ieper”, vereniging zonder winstoogmerk en is een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm zoals bedoeld in artikel 226 van het Decreet Lokaal Bestuur. De vereniging behoudt zich het recht voor om in al de akten, facturen, aankondigingen, uitgaven en andere stukken, uitgaande van, de vereniging de verkorte benaming ‘JOC Ieper vzw’ te gebruiken.
art. 2: De maatschappelijke zetel van de vereniging is gevestigd te Fochlaan 3, 8900 Ieper, Vlaanderen. De vereniging ressorteert onder het gerechtelijk arrondissement Ieper.
art. 3: De vereniging heeft tot doel het welzijn binnen de vrije tijd van de jeugd in Ieper en de Ieperse regio te verzorgen en verhogen.
Binnen deze opdracht onderhoudt de vereniging de beleidsvoorbereidende en beleidsuitvoerende functie van het jeugdbeleid van de Stad Ieper, zoals omschreven in de toepassing van de beheers– en beleidscyclus. Bij de uitvoering van deze opdracht start de vzw JOC Ieper initiatieven op, organiseert en onderhoudt deze, waarbij de uitvoering in samenwerking kan gebeuren met andere partijen.
De vereniging tracht het in lid 1 van dit artikel omschreven doel onder meer te bereiken door het bevorderen van inspraak en participatie van jongeren; de ondersteuning van Ieperse particuliere jeugdinitiatieven; te streven naar een geïntegreerd jeugdbeleid binnen een gemeentelijk, intergemeentelijk en bovenlokaal kader; de uitbouw van een jeugdontmoetingscentrum, jeugddienstverlening en speelpleinwerking.
Het geheel van dienstverlenende activiteiten wordt ingezet ten dienste van de Ieperse jeugd en bij uitbreiding van het ganse Ieperse sociaal-culturele leven.
De vereniging kan meer algemeen alle middelen aanwenden die tot de verwezenlijking van het doel rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen. De vereniging kan ter uitvoering van wat hierboven bepaald is, ondermeer alle eigendommen of zakelijke rechten verwerven, in huur nemen, verhuren, personeel aanwerven, rechtsgeldige overeenkomsten sluiten, fondsen inzamelen, kortom alle activiteiten uitoefenen of laten uitoefenen die haar doel rechtvaardigen. In het kader van het realiseren van haar doel, kan de vereniging zelfs daden van koophandel stellen.
Deze opsomming van taken is niet limitatief. Daarbij kan de vereniging alle handelingen stellen die rechtstreeks of onrechtstreeks betrekking hebben op haar doel.
De vereniging is hiertoe gemachtigd door de gemeente overeenkomstig artikel 245 van het Decreet Lokaal Bestuur en onder de voorwaarden van het Decreet Lokaal Bestuur, zoals verder uitgewerkt in deze statuten.
Art. 4: De vereniging onderschrijft de principes en de regels van de democratie en onderschrijft de principes en de regels van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind.
art. 5: De vereniging wordt opgericht voor onbepaalde duur en kan te allen tijde ontbonden worden.
TITEL II.: LEDEN
art. 6:
Het aantal leden is onbepaald met als minimum drie. Overeenkomstig artikel 246 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur (verder afgekort als “DLB”) worden de vertegenwoordigers van de gemeente in de Algemene Vergadering (“verder afgekort als AV”) door de gemeenteraad uit zijn leden gekozen. De gemeente beschikt bovendien overeenkomstig artikel 246 § 1 van het DLB, over de meerderheid van de stemmen in de AV. Zij handelen overeenkomstig artikel 246 § 2 volgens de instructies van de gemeenteraad.
art. 7: Als effectief lid kunnen worden voorgedragen aan de AV:
Categorie A
De gemeente hier vertegenwoordigd door een lid van de gemeenteraad. Dit lid van de gemeenteraad mag geen lid zijn van het bestuursorgaan.
Categorie B
De vertegenwoordigers van de politieke strekkingen vertegenwoordigd in de gemeenteraad van de stad Ieper en voorgedragen door de gemeenteraad van de stad Ieper uit zijn leden, derwijze dat ieder van zijn politieke fracties evenredig vertegenwoordigd is.
Categorie C
De vertegenwoordigers van de pedagogische medewerkers verenigd in de jeugdhuiswerking, de monitorenwerking, Jeugdraad Ieper en ieder ander op te richten werkingsorgaan binnen de vereniging, waarbij een gelijkwaardige vertegenwoordiging van deze verschillende organen binnen de AV in acht wordt genomen.
art. 8: Van de effectieve leden zal geen lidgeld worden gevorderd.
art. 9: De leden van de vereniging verbinden er zich toe:
9.1. de realisatie van de doelstellingen van JOC IEPER, vzw te behartigen;
9.2. de statuten en het interne reglement van de vereniging na te leven;
9.3. de belangen van de vereniging of één van haar organen niet te schaden
art. 10:
Binnen de zes maanden na de vernieuwing van de gemeenteraad moet er overgegaan worden tot het opnieuw samenstellen van de organen van de vereniging, rekening houdend met de voordrachten van de voordragende instanties. De niet herbenoemde leden worden vanaf dat ogenblik van rechtswege geacht ontslagnemend te zijn.
Het lidmaatschap neemt verder een einde als gevolg van overlijden en ontslag. Het ontslag wordt schriftelijk gemeld aan de voorzitter van het bestuursorgaan.
De voordragende instantie kan een nieuwe kandidatuur ter vervanging van het overleden of ontslagnemende lid voordragen.
Het effectieve lid dat drie maal na elkaar, zonder verontschuldiging, niet aanwezig is op de AV wordt als ontslagnemend beschouwd. Aan de voordragende instantie wordt gevraagd een nieuw lid voor te stellen.
Elk lid kan te allen tijde ontslag nemen uit de vereniging mits de ontslagneming schriftelijk wordt meegedeeld aan het bestuursorgaan. Het lidmaatschap eindigt automatisch indien de gemeenteraad van de stad Ieper voorziet in de vervanging van het door de gemeenteraad aangeduide lid; indien het lid geen deel meer uitmaakt van de werkingsorganen van de vereniging zoals beschreven in artikel 6; door het overlijden van het lid; of ingeval van een lid-rechtspersoon, door haar ontbinding, fusie, splitsing of faillissement.
Ontslagnemende of uitgesloten leden en hun rechtsopvolgers hebben geen deel in het vermogen van de vereniging en kunnen nooit teruggave of vergoeding vorderen van gestorte bijdragen of gedane inbreng.
TITEL III.: DE ORGANEN
Afdeling 1: De Algemene Vergadering
Art. 11. De AV is samengesteld uit alle leden. De AV wordt voorgezeten door de burgemeester van de stad Ieper.
De AV wordt bij diens ontstentenis voorgezeten door de voorzitter van het bestuursorgaan, of bij diens ontstentenis, door het oudste lid.
art. 12: De AV is het soevereine orgaan van de vereniging.
Zij alleen is bevoegd over:
1° het definitief beslissen omtrent de uitsluiting van de leden;
2° het aanstellen of afzetten van de bestuurders;
3° het goedkeuren van het budget, het beleidsplan en de rekeningen;
4° het wijzigen van de statuten volgens de wettelijke bepalingen;
5° de kwijting aan de bestuurders;
6° de omzetting van de vereniging in een vennootschap met een sociaal oogmerk;
7° het vrijwillig ontbinden van de vereniging;
8° alle gevallen waarin de statuten dat vereisen.
art. 13:
De gemeente als lid categorie A, vertegenwoordigd door een gemeenteraadslid, bezit 21 stemmen. Alle andere leden bezitten elk 1 stem.
Zij handelt overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad.
De agenda van de AV wordt ter kennis gegeven aan de gemeenteraad binnen een tijdsbestek dat garanties biedt dat:
- de gemeenteraad kennis heeft kunnen nemen van de vooropgestelde agendapunten
en
- de gemeenteraad voldoende tijd heeft gekregen om zich te kunnen uitspreken over de agendapunten van de eerstvolgende AV.
Deze bepaling geldt onverminderd de door de vigerende wetgeving voorziene minimumtermijn van 15 dagen waarbinnen alle leden van de AV vooraf worden opgeroepen voor de AV.
art. 14:
§ 1 De AV wordt door het bestuursorgaan bijeengeroepen telkens als het doel of het belang van de vereniging dat vereist. Zij moet ten minste éénmaal per jaar worden bijeengeroepen voor het goedkeuren van de rekeningen van het afgelopen jaar en de begrotingen van het volgende jaar, op een door het bestuursorgaan te bepalen datum.
§ 2 Alle leden worden minstens 15 kalenderdagen vooraf per brief of per mail uitgenodigd op de AV.
Ze vermeldt dag, plaats en uur. De oproeping bevat de agenda.
art. 15: Van elke bijeenkomst van de AV moet een verslag worden opgesteld en goedgekeurd door de AV. Deze verslagen worden ondertekend door de voorzitter of twee bestuurders. De verslagen worden bijgehouden door de secretaris. Leden of belanghebbende derden kunnen bij de secretaris kennis nemen van de besluiten van de AV.
art. 16: Ieder lid kan op schriftelijke wijze of per mail volmacht geven aan een ander lid van de AV om hem op een vergadering van de AV te vertegenwoordigen. De vertegenwoordigers voorgedragen door de gemeente in de AV kunnen hun volmacht enkel geven aan leden die ook door de gemeente in de AV werden voorgedragen.
Afdeling 2: Het bestuursorgaan
art. 17: De vereniging wordt beheerd door het bestuursorgaan. De bestuurders worden benoemd door de AV en zijn te allen tijde door deze afzetbaar.
Het bestuursorgaan bestaat uit 2 categorieën bestuurders. Het aantal bestuurders is kleiner dan het aantal leden van de AV.
Categorie A: leden van het bestuursorgaan voorgedragen door de gemeenteraad.
- de gemeente draagt steeds een meerderheid voor van de leden van het bestuursorgaan;
- ten hoogste 2/3 van de leden van het bestuursorgaan voorgedragen door de gemeente is van hetzelfde geslacht;
- deze voordracht gebeurt volgens de volgende regels;
- de leden van het bestuursorgaan worden aangeduid volgens de regels van evenredige vertegenwoordiging en dit op de volgende manier:
- evenredige verdeling onder de fracties die deel uitmaken van het College van Burgemeester en Schepenen (“CBS”) en van de fracties die geen deel uitmaken van het CBS;
- aantal leden van het bestuursorgaan dat toekomt aan fracties binnen het CBS: evenredige verdeling onder deze fracties;
- aantal leden van het bestuursorgaan dat toekomt aan fracties die niet in het CBS vertegenwoordigd zijn: evenredige vertegenwoordiging.
Categorie B: leden van het bestuursorgaan, hierna genoemd het jeugdbestuur, voorgedragen door en uit de pedagogische medewerkers verenigd in de jeugdhuiswerking, de monitorenwerking, Jeugdraad Ieper en ieder ander op te richten werkingsorgaan binnen de vereniging, waarbij een gelijkwaardige vertegenwoordiging van deze verschillende organen binnen het bestuursorgaan in acht wordt genomen.
Tussen de uitgeoefende stemrechten door enerzijds categorie A en anderzijds categorie B wordt gestreefd naar een zo hoog mogelijke paritaire samenstelling.
Het mandaat van bestuurder is onbezoldigd.
Art. 18. Elke bestuurder kan te allen tijde ontslag nemen uit de vereniging mits het opsturen van een ontslagbrief aan het bestuursorgaan. Bij de eerstvolgende AV wordt het ontslag bekrachtigd en genotuleerd. Zo door vrijwillig ontslag, ontslag wegens het niet deel uit maken van één van de werkingsorganen, verstrijken van termijn of afzetting, bij verlies van de hoedanigheid als vertegenwoordiger van de gemeente, het aantal bestuurders is teruggevallen tot onder het statutaire minimum, dan blijven de bestuurders in functie totdat in hun vervanging is voorzien. Benoeming, ontslag, aftreden of afzetting van een bestuurder moet, binnen de maand nadat hiertoe was besloten, ter publicatie opgestuurd worden naar het Belgisch Staatsblad.
Art. 19. Het voorzitterschap van het bestuursorgaan wordt uitgeoefend door het lid van het college van burgemeester en schepenen met de bevoegdheid jeugd. Het bestuursorgaan kiest verder uit zijn leden voor een periode van maximum 6 jaar een secretaris. De secretaris kan te allen tijde zijn functie opzeggen mits het opsturen van een ontslagbrief aan het bestuursorgaan. De secretaris blijft in functie tot in zijn vervanging wordt voorzien.
Art. 20. Het mandaat van bestuurder is hernieuwbaar. Het eindigt door overlijden, ontslag, herroeping, uitsluiting, of door het feit dat betrokken mandataris in de onmogelijkheid verkeert zijn mandaat uit te oefenen. Deze onmogelijkheid wordt door de AV vastgesteld.
De vertegenwoordigers van de gemeente in de organen of de leden die deelnemen op grond van hun hoedanigheid als gemeentelijk vertegenwoordiger, zijn van rechtswege ontslagnemend bij het verlies van die hoedanigheid.
Het mandaat van de leden van het jeugdbestuur eindigt automatisch indien het lid geen deel meer uitmaakt van één van de werkingsorganen van de vereniging.
Het mandaat van het bestuursorgaan eindigt sowieso ten laatste zes maanden na de installatie van de nieuwe gemeenteraad.
Elke bestuurder aangesteld om een tussentijds mandaat uit te oefenen, is slechts voor de overblijvende duur van dat mandaat benoemd.
Art. 21. Het bestuursorgaan vergadert op bijeenroeping van de voorzitter of van één derde van de bestuurders en komt minstens tweemaal per jaar samen. Alle leden worden minstens vijftien dagen voor het bestuursorgaan bij gewone brief of mail uitgenodigd op het bestuursorgaan. De uitnodiging wordt ondertekend door de voorzitter of de secretaris. Ze vermeldt dag, uur en plaats van het bestuursorgaan. De oproepingsbrief behelst de agenda. Het bestuursorgaan wordt voorgezeten door de voorzitter of, bij diens ontstentenis, door de oudste aanwezige bestuurder.
Art. 22. Het bestuursorgaan kan slechts geldig beslissen als tenminste de helft van de bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet bereikt is, kan een nieuw bestuur worden bijeengeroepen met dezelfde agenda, die geldig zal kunnen beraadslagen en beslissen indien ten minste zes bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter of van diegene die hem vervangt, doorslaggevend.
Iedere bestuurder kan op schriftelijke wijze of per mail volmacht geven aan een andere bestuurder om hem op een vergadering van het bestuursorgaan te vertegenwoordigen. De vertegenwoordigers voorgedragen door de gemeente in het bestuursorgaan kunnen hun volmacht enkel geven aan leden die ook door de gemeente in het bestuursorgaan werden voorgedragen.
Art. 23. Van elke vergadering worden notulen opgemaakt, die ondertekend worden door de secretaris en ingeschreven worden in een daartoe bestemd register. De uittreksels die moeten worden voorgelegd en al de andere akten, worden geldig ondertekend door de secretaris of een bestuurder.
Art. 24. Het bestuursorgaan kan vergaderen per telefoon-, e-mail- of videoconferentie.
Art. 25. Het bestuursorgaan leidt de zaken van de vereniging en vertegenwoordigt deze in en buiten rechte, waarbij het bestuursorgaan als college optreedt. Het bestuursorgaan is bevoegd voor alle aangelegenheden met uitzondering van deze die door de vigerende wetgeving en door de statuten uitdrukkelijk aan de AV zijn voorbehouden.
Art. 26. Ten aanzien van derden is de vereniging slechts geldig verbonden door de handtekening van een lid van het Dagelijks Bestuur, in de gevallen zoals omschreven in artikel 31 is de handtekening van 2 leden van het Dagelijks Bestuur vereist. Leden van het Dagelijks Bestuur die namens het bestuursorgaan optreden, moeten ten aanzien van derden niet doen blijken van enig besluit of van enige machtiging.
Art. 27. De bevoegdheid om de vereniging in en buiten rechte te vertegenwoordigen kan bij eenvoudige meerderheid door het bestuursorgaan worden opgedragen aan één of meer personen lid van het Dagelijks Bestuur die desgevallend als college optreden, of aan een derde. De bevoegdheid van bovengenoemde perso(o)n(en) wordt precies afgebakend door het bestuursorgaan, die eveneens de duur van het mandaat bepaalt. Het mandaat kan te allen tijde met onmiddellijke ingang worden ingetrokken door het bestuursorgaan.
Art. 28. Om de realisatie van de doelstellingen van JOC IEPER vzw te optimaliseren, kan het bestuursorgaan zich laten bijstaan door commissies en werkgroepen, door het bestuur zelf ingesteld en waarvoor zij de opdracht en de samenstelling regelt.
Afdeling 3: Dagelijks bestuur
Art. 29: Het bestuursorgaan kiest uit haar leden met eenvoudige meerderheid voor een periode van maximaal 3 jaar een dagelijks bestuur. De door de vzw JOC Ieper aangestelde coördinator maakt hiervan ambtshalve deel uit, maar wordt nominatief bekrachtigd door het bestuursorgaan. Minstens de helft van de leden van het dagelijks bestuur, exclusief de coördinator, moet bestaan uit leden aangeduid door het jeugdbestuur. Het Dagelijks Bestuur bestaat uit minimum 3 personen en maximum 5 personen, met inbegrip van de voorzitter, de secretaris of secretaris-penningmeester indien beide functies door één persoon wordt uitgeoefend, en de coördinator van de vereniging
Art. 30: Volgende bevoegdheden worden uitdrukkelijk toegekend aan de leden van het Dagelijks Bestuur: handtekeningenrecht bij financiële instellingen en financiële verrichtingen ter waarde van maximum 3.000,00 EUR; het verbinden van de vereniging via de ondertekening van contracten in functie van de uitvoering van het jaarprogramma; het initiatief en het verrichten van aankopen met een maximumwaarde van 3.000,00 EUR; de ondertekening van contracten in functie van de dienstverlenende activiteiten van de vereniging zoals de uitleendienst, de zaalverhuur, … .Bij dezelfde verbintenissen boven 3.000,00 EUR is de handtekening van 2 leden van het Dagelijks Bestuur noodzakelijk.
Art. 31: Het stellen van daden van dagelijks bestuur wordt opgedragen aan het Dagelijks Bestuur. Het betreft hier het stellen van handelingen die strikt noodzakelijk zijn voor de dagelijkse werking van de vereniging (prioritaire handelingen); handelingen die beschouwd kunnen worden als zijnde van secundair belang zoals de organisatie van activiteiten, de organisatie van de opdrachten van het personeel, enz. (secundaire handelingen); handelingen die omwille van haar hoogdringendheid geen voorafgaandelijk besluit van het bestuursorgaan behoeven (tertiaire handelingen). De leden van het Dagelijks Bestuur oefenen hun bevoegdheden afzonderlijk uit, met uitzondering van het stellen van tertiaire handelingen.
Art. 32: De leden van het Dagelijks Bestuur zijn te allen tijde afzetbaar. Zij oefenen hun mandaat kosteloos uit, tenzij de AV anders zou bepalen.
Art. 33: Elk lid van het Dagelijks Bestuur kan te allen tijde ontslag nemen uit de vereniging mits het opsturen van een ontslagbrief aan het bestuursorgaan. Bij de eerstvolgende bijeenkomst van het bestuursorgaan wordt het ontslag bekrachtigd en genotuleerd. Zo door vrijwillig ontslag, ontslag wegens het niet deel uit maken van één van de werkingsorganen, bij verlies van hoedanigheid als vertegenwoordiger van de gemeente, verstrijken van termijn of afzetting, het aantal leden van het Dagelijks Bestuur is teruggevallen tot onder het statutaire minimum, dan blijven de leden van het Dagelijks Bestuur in functie totdat in hun vervanging is voorzien.
Afdeling 4: Inzagerecht leden
Art. 34: Alle leden kunnen op de zetel van de vereniging het register van de leden raadplegen, evenals alle notulen en beslissingen van de AV, van het bestuursorgaan en van de personen, al dan niet met een bestuursfunctie, die bij de vereniging of voor rekening ervan een mandaat bekleden evenals alle boekhoudkundige stukken van de vereniging.
Afdeling 5: Begrotingen – Rekeningen – Controle
Art. 35: Het boekjaar van de vereniging loopt van 1 januari tot 31 december.
Art. 36: Het bestuursorgaan bereidt de rekeningen en de begrotingen voor en legt ze voor ter goedkeuring voor aan de AV.
Art: 37: Het bestuursorgaan draagt er zorg voor dat de jaarrekening en de overige in de vigerende wetgeving vermelde stukken binnen de dertig dagen na goedkeuring worden neergelegd op de griffie van de rechtbank van koophandel, of indien de wet dit vereist, bij de Nationale Bank van België.
Afdeling 6: Ontbinding – Vereffening
Art. 38: Behoudens de gevallen van gerechtelijke ontbinding en ontbinding van rechtswege, kan slechts de AV tot ontbinding van de vereniging besluiten.
In geval van vrijwillige ontbinding benoemt de AV, of bij gebreke daarvan, de rechtbank, één of meer vereffenaars. Zij bepaalt tevens hun bevoegdheid evenals de vereffeningsvoorwaarden.
Na aanzuivering van de schulden zullen de netto-activa worden overgedragen aan het stadsbestuur van Ieper.
Art. 39: Voor alles wat in deze statuten niet uitdrukkelijk is opgenomen, wordt verwezen naar de regelgeving uit de Wet van 23 maart 2019 tot invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en houdende diverse bepalingen en het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en hun respectievelijke latere wijzigingen.
Artikel 2: Dit besluit treedt onmiddellijk in werking onder voorbehoud van de wettelijke vereiste goedkeuring.
Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 4: Deze beslissing wordt aan de toezichthoudende overheid voorgelegd en op de geëigende weg gepubliceerd.
In 1971 werd voor het eerst een adviesraad voor senioren, toen nog 'Raad van de Derde Leeftijd' opgericht. Deze werd in 1994 opgevolgd door de Stedelijke Seniorenraad.
Na overleg met het schepencollege en in aansluiting op de beleidsverklaring van het schepencollege legislatuur 2001-2006 werd overgegaan tot de oprichting van een hervormde, erkende gemeentelijke seniorenraad, met name de 'stedelijke seniorenraad Ieper', vanaf dat ogenblik door naamswijziging verder vermeld als 'Seniorenraad Ieper'.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
De Seniorenraad Ieper keurde nieuwe statuten goed. Deze worden ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
De Seniorenraad Ieper heeft tot doel, los van elke politieke, ideologische, filosofische en/of religieuze bindingen, het vertegenwoordigende, coördinerende en adviserende lichaam te zijn van alle Ieperse senioren. De Seniorenraad Ieper beraadslaagt onafhankelijk over alle kwesties die op stedelijk vlak de senioren rechtstreeks of onrechtstreeks kunnen aanbelangen. De Seniorenraad Ieper deelt zijn adviezen en besluiten van de algemene vergadering en van de raad van bestuur mee aan het college van burgemeester en schepen en aan de gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn.
In de statuten wordt de werking omschreven van de algemene vergadering, raad van bestuur en het dagelijks bestuur. Verdere ook welke initiatieven kunnen worden genomen en hoe beslissingen worden genomen.
Ook wordt er door de gemeenteraad kennis genomen van het huishoudelijk reglement.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met algemeenheid van stemmen om
Artikel 1: volgende statuten goed te keuren:
1. OPRICHTING
In 1971 werd voor het eerst een adviesraad voor senioren, toen nog Raad van de Derde leeftijd, opgericht. Die werd in 1994 opgevolgd door de Stedelijke Seniorenraad.
Na overleg met het schepencollege en in aansluiting op de beleidsverklaring van het schepencollege van de legislatuur 2001-2006 werd overgegaan tot de oprichting van een hervormde, erkende gemeentelijke seniorenraad, met name de "Stedelijke Seniorenraad Ieper", vanaf dat ogenblik door naamswijziging verder vermeld als “Seniorenraad Ieper”.
De Seniorenraad Ieper met zetel “Dienst Welzijn”, Ter Waarde 1, 8900 Ieper, alhier vertegenwoordigd door: Voorzitter en Secretaris van Seniorenraad Ieper.
2. DOEL
De Seniorenraad Ieper heeft tot doel, los van elke politieke, ideologische, filosofische en/of religieuze bindingen, het vertegenwoordigende, coördinerende en adviserende lichaam te zijn van alle Ieperse senioren.
De Seniorenraad Ieper beraadslaagt onafhankelijk over alle kwesties die op stedelijk vlak de senioren rechtstreeks of onrechtstreeks kunnen aanbelangen. De Seniorenraad Ieper deelt zijn adviezen en besluiten van de Algemene Vergadering en van de Raad van Bestuur mee aan het College van burgemeester en schepenen, en aan de Gemeenteraad/Raad voor Maatschappelijk Welzijn.
3. DE ALGEMENE VERGADERING
1/ Om lid te kunnen worden van de Algemene Vergadering dient men te voldoen aan de volgende voorwaarden:
- De minimale leeftijd van 60 jaar hebben.
- Zijn domicilie hebben in de stad Ieper
- Geen politiek mandaat uitoefenen.
2/ Elkeen die aan de hierboven gestelde voorwaarden voldoet en die zich kandidaat stelt om lid te worden van de Algemene Vergadering, dit nadat er hiertoe door de Raad van Bestuur een publiekelijk oproep werd gedaan om lid te worden van de Algemene Vergadering, wordt op de eerst volgende algemene vergadering volgend op de kandidatuurstelling als lid opgenomen in de Algemene Vergadering, tenzij de Algemene Vergadering met een meerderheid van 50% + 1 van mening is dat er ernstige redenen zijn om deze kandidatuurstelling niet te aanvaarden. De algemene vergadering waarop er beslist wordt over de kandidatuurstellingen wordt georganiseerd binnen de maand nadat de termijn om zich kandidaat te stellen is verstreken.
3/ De kandidatuurstelling dient schriftelijk te gebeuren en dit uiterlijk binnen de maand na de publiekelijke oproep.
4/ De kandidatuurstelling wordt ingediend bij de voorzitter of de secretaris van de Seniorenraad.
5/ Elke erkende seniorenvereniging die actief is in Ieper kan leden die actief betrokken zijn bij de werking van hun organisatie afvaardigen om lid te worden van de Algemene Vergadering.
De voorwaarden om als seniorenvereniging actief in Ieper erkend te worden, worden bepaald in het huishoudelijk reglement.
6/ De Algemene Vergadering wordt aangevuld met ambtshalve vertegenwoordigers en eventuele gecoöpteerde leden, die evenwel niet stemgerechtigd zullen zijn. In het huishoudelijk reglement wordt verduidelijkt wie de ambtshalve vertegenwoordigers en gecoöpteerde leden kunnen zijn.
7/ De bevoegdheden van de Algemene Vergadering zijn als volgt bepaald:
• Goedkeuren van de statuten, het huishoudelijk reglement en het subsidiereglement
• Verkiezen/vervangen van de leden van de Raad van Bestuur
• Goedkeuren van het jaarverslag en de jaarrekening
• Impulsen geven aan en adviezen verstrekken over de werking van de seniorenraad
• Verkiezen van laureaat van het Zilveren Juweel
4. RAAD VAN BESTUUR
1. Enkel leden van de Algemene Vergadering kunnen deel uitmaken van de Raad van Bestuur.
2. De Raad van Bestuur bestaat uit minimaal 5 en maximaal 8 stemgerechtigde vertegenwoordigers van de erkende seniorenverenigingen verdeeld volgens strekking én minimaal 5 en maximaal 8 andere leden die dus geen vertegenwoordiger zijn van een erkende seniorenvereniging (niet georganiseerde senioren) . De aanduiding van de leden van de Raad van Bestuur zal zoveel mogelijk verdeeld worden volgens geografische spreiding.
3. Het aantal leden in de Raad van Bestuur afgevaardigd door de erkende seniorenvereniging zal steeds gelijk zijn aan het aantal leden in de Raad van Bestuur die niet afgevaardigd zijn door een erkende seniorenvereniging (niet georganiseerde senioren).
4. De wijze van verdeling van de leden van de Raad van Bestuur zal gebeuren volgens strekking en geografische spreiding zoals wordt bepaald in het huishoudelijk reglement.
5. Niet-erkende seniorenverenigingen kunnen geen vertegenwoordigers hebben in de Raad van Bestuur.
6. De samenstelling met alle leden van de Raad van Bestuur wordt in zijn geheel op de Algemene Vergadering bevestigd bij meerderheid van stemmen, en met een stemmenaantal van minsterns helft + 1 van de stemgerechtigde leden. Bij niet bevestiging dient er binnen de maand een nieuwe algemene vergadering te worden georganiseerd met een voorstel van een nieuwe Raad van Bestuur.
7. Zo een lid van de Algemene Vergadering niet aanwezig kan zijn op de vergadering waarop de Raad van Bestuur wordt verkozen dan kan hij een volmacht geven aan een ander lid van de Algemene Vergadering. Een aanwezig lid van de Algemene Vergadering kan hoogstens één volmacht hebben. De volmacht moet schriftelijk gegeven zijn.
8. Bij ontslag van een lid van de Raad van Bestuur wordt voorzien in opvolging zoals bepaald in het huishoudelijk reglement. Deze vervanging dient dan bekrachtigd te worden op de eerstvolgende Algemene Vergadering.
9. De bevoegdheden van de Raad van Bestuur zijn bepaald in het huishoudelijk reglement.
10. De leden van de Raad van Bestuur kunnen aanspraak maken op een onkostenvergoeding, uiteraard voor zover deze onkosten te maken hebben met een opdracht voor de seniorenraad, te staven met schriftelijke bewijsstukken en mits goedkeuring van de Raad van Bestuur.
11. De Raad van Bestuur wordt verkozen voor de duur die gelijk is aan de duur waarvoor het stadsbestuur wordt verkozen. Binnen de 2 maanden nadat het nieuwe stadbestuur is verkozen moet er een nieuwe Raad van Bestuur worden verkozen.
5. HET DAGELIJKS BESTUUR
1. Bij de opstart bij de nieuwe legislatuur van de Raad van Bestuur wordt onder haar leden het dagelijks bestuur samengesteld met volgende functies:
a. De voorzitter,
b. De ondervoorzitter georganiseerde senioren,
c. De ondervoorzitter niet-georganiseerde senioren,
d. De secretaris,
e. De penningmeester,
f. De seniorenconsulent(e).
2. De leden van het dagelijks bestuur worden verkozen door de Raad van Bestuur bij aanwezigheid of vertegenwoordiging bij volmacht van de helft +1 van de stemgerechtigde leden en met meerderheid van stemmen. Een lid van de Raad van Bestuur kan maximaal over één volmacht beschikken.
3. Leden van het dagelijks bestuur kunnen maximaal gedurende twee opeenvolgende termijnen, gelijk aan de duur van de legislatuur van het stadsbestuur, deel uitmaken van het dagelijks bestuur.
Zo nodig kan het Dagelijks Bestuur aangevuld worden met een extra functie, mits goedkeuring van de Raad van Bestuur.
Bij ontslag van een lid wordt voorzien in opvolging zoals bepaald in het huishoudelijk reglement.
De bevoegdheden van dagelijks bestuur zijn bepaald in het huishoudelijk reglement.
6. AGENDA/UITNODIGINGEN VERGADERINGEN
1/ De Raad van Bestuur bereidt de bijeenkomsten van de Algemene Vergadering voor.
Het Dagelijks Bestuur bereidt de vergaderingen van de Raad van Bestuur voor.
2/ De Raad van Bestuur stelt de agenda van de Algemene Vergadering op en nodigt de leden schriftelijk uit.
De leden ontvangen deze uitnodiging minstens tien dagen voor de datum waarop de Algemene Vergadering zal doorgaan. De uitnodiging wordt per mail verstuurd.
De leden van de Algemene Vergadering kunnen tijdens die tien dagen eigen punten aan de agenda toevoegen, mits ze die schriftelijk aan de voorzitter bekend maken.
3/ Op aanvraag van minstens één derde van de leden van de laatste Algemene Vergadering en binnen de vijftien dagen na de aanvraag, is de voorzitter ertoe gehouden een Algemene Vergadering te beleggen, dit met de agendapunten door hen bepaald.
7. INITIATIEVEN
1/ Om de doelstellingen van de Seniorenraad Ieper en de impulsen van de gemeente- of de raad voor maatschappelijk welzijn uit te voeren neemt de Raad van Bestuur onafhankelijk alle nodige initiatieven, bevordert de informatie en de vorming van senioren en/of organiseert die zelf.
2/ De seniorenraad bevordert elk initiatief dat de samenwerking tussen senioren afzonderlijk, de seniorenverenigingen en organisaties met gelijklopende doelstellingen in de stad in de hand kan werken.
3/ Om zijn doelstellingen te verwezenlijken kan de Seniorenraad Ieper de nodige werkgroepen en teams samenstellen.
Zowel werkgroepen of teams rond een bepaald thema, als de vaste werkgroepen worden samengesteld worden uit leden van de Raad van Bestuur, leden van de Algemene Vergadering en eventueel andere geïnteresseerde senioren (60+) inwoners van Ieper.
4/ Deskundigen mogen, zonder stemrecht, de Algemene Vergadering en de Raad van Bestuur bijwonen voor de punten van de agenda waartoe zij worden uitgenodigd.
8. BESLISSINGEN
Beslissingen van zowel de Algemene Vergadering als van de Raad van Bestuur worden genomen bij aanwezigheid van de helft +1 van de stemgerechtigde leden en bij eenvoudige meerderheid der stemmen.
De stemming gebeurt mondeling, doch schriftelijk en geheim zodra daar door één lid wordt om gevraagd alsook wanneer de stemming gaat over personen. Bij staking der stemmen wordt het te stemmen agendapunt verdaagd naar de eerstvolgende zitting.
9. WERKINGSKOSTEN
De Seniorenraad Ieper ontvangt jaarlijks van het stadsbestuur een toelage voor de eigen werking en de werking van de aangesloten verenigingen. Aan de hand van een geëigend subsidiereglement bepaalt de Raad van Bestuur jaarlijks het aandeel van elk der aangesloten verenigingen van deze toelage.
10. HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Een huishoudelijk reglement zal alle zaken regelen die niet in deze statuten zijn voorzien.
De Raad van Bestuur bepaalt het huishoudelijk reglement en brengt het ter goedkeuring op de Algemene Vergadering.
Artikel 2: kennis te nemen van het huishoudelijk reglement van de Seniorenraad Ieper.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (B.S. 15 februari 2018), en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018 (B.S. 19.12.2018)
Het meedogenloze geweld in Gaza blijft maar duren. Bijna twee jaar na de -even verwerpelijke- terreuraanval van Hamas-op 7 oktober 2023, heeft het Israëlische offensief tegen en de uithongering van de 2 miljoen Gazanen al meer dan 62.000 Palestijnen het leven gekost. De voorbije 2 maanden stierven vele honderden Gazaanse kinderen de hongerdood. VN-experten en toonaangevende mensenrechtenorganisaties beschuldigen Israël intussen van oorlogsmisdaden en zelfs van genocide.
Op verschillende manieren laat de internationale gemeenschap horen en zien dat men duidelijke en efficiënte actie eist om deze gruwel te stoppen.
Op 21 juli 2025 hebben 25 landen, waaronder België, een oproep ondertekend om een einde te maken aan de oorlog in Gaza. Meteen verklaarden deze landen zich bereid om acties te ondernemen. Deze eerste veroordeling moet dan ook dringend gevolgd worden door effectieve acties.
- Gelet op het feit dat Ieper zich als ‘Martelaarstad’ van de Eerste Wereldoorlog en sinds 1985 als zelfverklaarde ‘Vredesstad’ tot taak stelde om als lokaal bestuur actief aan vrede te werken, en in haar officiële Vredesverklaring van 1998, die bij elke nieuwe legislatuur bevestigd werd, duidelijk stelt om hierover signalen (van goedkeuring of afkeuring) uit te zenden naar de publieke opinie,
- Gelet op de actieve rol die Ieper als regioverantwoordelijke voor België en als internationale ondervoorzitter opneemt binnen het internationale netwerk ‘Mayors for Peace’, dat intussen 1 miljard burgers uit meer dan 8.500 steden en gemeenten in 166 landen verenigt,
- Gelet op het feit dat de burgemeester op 4 april 2025, de fracties uit de Ieperse gemeenteraad en betrokken, geëngageerde Ieperlingen uitnodigde om een statement te ondertekenen, waarbij de stad Ieper de regeringen van ons land, de Europese overheden en de VN oproept om te pleiten voor dialoog en alles te doen wat in hun macht ligt om het conflict een halt toe te roepen
- Gelet op de vaststelling dat uit de dramatische feiten en onmenselijke levenscondities van het voorbije halfjaar (maart-augustus 2025) blijkt dat deze intenties met de hoogste spoed in concrete acties dienen omgezet te worden,
- Gelet op de verplichtingen van alle partijen onder de Conventies van Genève en de aanvullende Protocollen ervan, van het Verdrag van Den Haag, alsook van de overige bepalingen van internationaal recht en internationaal humanitair recht,
- Gelet op de aanhoudende Israëlische politiek om met nederzettingen de erkende Palestijnse gebieden te bezetten en de oorspronkelijke bevolking te verdrijven,
- Gelet op het aanhoudende Israëlische oorlogsgeweld in de Gazastrook die het internationaal recht en de mensenrechten van het Palestijnse volk mateloos zwaar schenden,
Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad met 29 ja stemmen tegen 3 neen stemmen (de raadsleden Six, Dehollander en Kinoo):
Art. 1 Het stadsbestuur zal erop toezien om in de toekomst, binnen de grenzen van het wettelijk en praktisch haalbare, geen producten meer aan te kopen van bedrijven die betrokken zijn bij of voordeel halen uit het conflict tussen Israël en het Palestijnse volk, tot zolang de oorlog in Gaza en de agressie tegen de Palestijnse bevolking daadwerkelijk worden stopgezet.
Art. 2 Het stadsbestuur vraagt de Vlaamse en de federale overheid om een verbod in te voeren op de import van producten uit Israëlische nederzettingen binnen de bezette Palestijnse gebieden.
Art. 3 Het stadsbestuur vraagt de Vlaamse en de federale regering om het exportverbod van wapens naar Israël te garanderen en te werken aan een efficiëntere en effectievere controle op het eindgebruik van wapens en Dual Use-goederen (Goederen, software en technologie die naast civiele doeleinden, ook militaire toepassingen kunnen hebben, of kunnen bijdragen aan de productie of verspreiding van massavernietigingswapens, zoals kernwapens, chemische strijdgassen of biologische wapens.).
Art. 4 Het stadsbestuur vraagt aan de Belgische leden van het Europese Parlement om te pleiten voor de opschorting van het associatieverdrag tussen de Europese Unie en de staat Israël, tot zolang de oorlog in Gaza voortduurt.
Art. 5 Het stadsbestuur vraagt de federale en de Vlaamse regering om duidelijk en resoluut stelling te nemen tegen het geweld en de schendingen van mensenrechten in de Palestijnse gebieden.
Art. 6 Het stadsbestuur verstuurt deze oproep naar de bevoegde federale en Vlaamse ministers, het federale en Vlaamse parlement en naar de Belgische burgemeesters die lid zijn van Mayors for Peace, met het voorstel om vanuit hun stad of gemeente gelijkaardige maatregelen te nemen, inclusief de oproepen naar de Belgische en de Vlaamse regering.
Art. 7 Het stadsbestuur vraagt de opstart van de onderhandelingen tot erkenning van de staat Palestina zolang Hamas op geen enkele manier deel uitmaakt van deze onderhandelingen noch betrokken wordt achteraf.
Gedurende 6 jaar organiseerde ik samen met de bodes de viering van echtparen die hun 50-, 60-, 65- of zelfs 70-jarig huwelijksjubileum haalden. Deze huldigingen vonden doorgaans plaats in het mooi gerestaureerde kabinet van de voormalige burgemeesters of, bij een ruimere groep, in de statige raadzaal. Voor de jubilerende koppels betekende deze ontvangst een gewaardeerd moment tijdens hun jubileum. De grandeur van de setting was ontegensprekelijk een grote meerwaarde in de beleving. In aanwezigheid van kinderen of naaste vrienden werden levensverhalen gedeeld, wat zowel voor de aanwezigen als voor de organisatoren verrijkend was. Het was vooral waardevol dat jubilarissen hun verhaal konden vertellen, wat bijdroeg aan een warme en respectvolle bijeenkomst.
Sommige koppels verkozen hun geschenk te ontvangen op hun eigen georganiseerd feest in een restaurant of zaal; ook daar zorgden wij steeds voor een passende overhandiging en voelden we ons altijd welkom.
Ook wanneer jubilarissen thuis vierden, samen met familie of buren, werd het geschenk persoonlijk bezorgd door een lid van het schepencollege of door een bode, afhankelijk van de wens van het koppel. Vaak betrof dit echtparen waarvan één van de partners minder mobiel was, of personen die na een langdurige ziekte erg uitkeken naar het bereiken van hun jubileum. Het bezoek van een vertegenwoordiger van het stadsbestuur was in zulke gevallen vaak een lichtpuntje in of na moeilijke tijden.
In de voorbije bestuursperiode heb ik jaarlijks ruim honderd van zulke vieringen verzorgd, de meeste in het weekend. Een inspanning, maar een engagement dat je bewust opneemt bij het verdelen van de schepenbevoegdheden bij aanvang van de bestuursperiode.
Uit het verslag van het CBS van 28 juli 2025 blijkt nu dat het bestuur heeft besloten om de organisatie van jubilea te centraliseren vanaf 2026. Toekomstige ontvangsten zullen nog slechts eenmaal per kwartaal plaatsvinden in de cafetaria van de Auris waarbij enkel de jubilarissen met hun chauffeur welkom zijn. De voornaamste motivering voor deze verandering is dat het organisatorisch efficiënter en goedkoper is om alle jubilarissen gelijktijdig te ontvangen.
Jubilarissen die niet aanwezig kunnen zijn, mogen hun geschenk ophalen of laten ophalen door een derde persoon.
Wij vragen het bestuur met aandrang om deze oude, maar levendige traditie van persoonlijke vieringen van jubilarissen verder te zetten. Misschien kan een andere, meer nijvere schepen bereid worden gevonden om onze senioren de eer en het respect te betuigen dat hen toekomt. Graag uw antwoord.
Raadslid Six
Steunen voorstel van collega's van Vooruit. Jammer dat nu naar een andere formule wordt overgestapt. Liever behoud van werkwijze.
Schepen Talpe
Eerst en vooral wil het stadsbestuur u danken voor uw inzet in de voorbije legislatuur bij de organisatie van de vieringen van huwelijksjubilarissen. U hebt deze rol met grote betrokkenheid opgenomen, en ongetwijfeld hebben deze koppels een mooie herinnering overgehouden aan hun jubileum.
Deze traditie bestaat al geruime tijd, meer dan een decennium. Het huidige bestuur kiest er nu voor om, na evaluatie van de praktijk en de cijfers, een nieuwe weg in te slaan.
Ik start met enkele cijfers
• Van 2019 tot 2025 vierden in totaal 1.175 koppels hun gouden, diamanten, briljanten of platina jubileum.
• Zo'n 10% vroeg een (111) formele ontvangst op het stadhuis.
• De overgrote meerderheid van de koppels kiest aldus niet voor een formele ontvangst maar gaf de voorkeur aan het rechtstreeks ontvangen van de geschenkmand. Dit gebeurde dan overwegend door een bode. Ik kan u de grafiek bezorgen die dit duidt.
Wat betreft de nieuwe aanpak. Ieper is hier geen uitzondering of uitvinder van dit systeem.
We zien meer en meer dat steden en gemeenten kiezen voor een centralere aanpak. (Bv Beernem, Lubbeek, Hoeilaart en Diepenbeek, Diksmuide, Tremelo enz.). Als je op internet zoekt kun je heel wat mooie foto's zien van die gezellige bijeenkomsten waar mensen ook andere jubilarissen kunnen leren kennen of misschien zelfs opnieuw ontmoeten (vb. schoolgenoten, van dansgelegenheden, gezamenlijke kennissen enz.)
U kunt op twee oren slapen dat we onze jubilarissen blijvend ten volle respecteren, waardevol zullen huldigen én met een heel mooie mand met lokale producten blijven verrassen. Auris is in dezer de gekozen locatie wegens de makkelijke bereikbaarheid en parkeergelegenheid.
Voor wie niet aanwezig kan zijn, blijft het uiteraard mogelijk dat het geschenk wordt opgehaald of in bijzondere omstandigheden persoonlijk bezorgd wordt door een schepen i.p.v. de afhaling door een zoon, dochter of een vriend. Als dit specifiek gevraagd wordt, zullen we met plezier ook langsgaan op hun feest.
Raadslid Goudeseune
Dit voorstel zal voor meerdere koppels een probleem zijn gezien ze hier niet geraken. Jullie trekken met een dikke stift een streep door een zeer mooie traditie.
Ik had het met u graag even gehad over wat onrustwekkende cijfers m.b.t. tot de pensioenlast die de stad moet dragen voor haar vastbenoemde, of zogenaamd statutaire personeelsleden. Dit in tegenstelling tot de contractueel tewerkgestelde werknemers waarvan de pensioenlast gedragen wordt door de federale overheid.
U zult zo dadelijk met mij vaststellen dat de curve steil oploopt en een betekenisvolle hap neemt uit de stadsbegroting. En de snelle denkers zullen wellicht opperen dat wij best komaf maken met het statuut van vastbenoemde ambtenaren; zo verleggen we de pensioenlast van de stad naar de federale overheid. Maar was het maar zo eenvoudig. Het systeem houdt in dat de stad een responsabiliseringsbijdrage moet betalen – zeg maar een boete – voor elke vastbenoemde die afgebouwd wordt ten voordele van een contractuele werknemer.
Dit gezegd zijnde, enige cijfers die de kwalijke evolutie aantonen over de laatste 2 bestuursperiodes en wat prognoses er bovenop.
- In 2013 betaalde de stad pensioenen uit voor stads-, OCMW en AGB-personeel t.b.v. 2.249.061 euro
- In 2023 liep dat op tot 3.844.333 euro.
En dat terwijl het aandeel vastbenoemden in die periode procentueel nagenoeg gehalveerd werd. (Voor stad van 29 naar 15% - voor OCMW van 16 naar 9% en voor de AGB’s van 22 naar 10%)
Noteer dat de pensioenlast in die periode steeg met 71% terwijl het aantal gerechtigden werd gehalveerd.
- In 2013 betaalden we aan de federale overheid tevens een responsabiliseringsbijdrage t.b.v. 204.746 euro.
- In 2023 liep die bijdrage al op zomaar eventjes 1.432.003 euro.
Als we die 2 samentellen, pensioenen én responsabiliseringsbijdrage in 2013 en in 2023, dan noteren we respectievelijk een uitgave van 2.453.807 euro in 2013 en 5.276.336 euro in 2023. Een meer dan verdubbeling over 2 legislaturen.
Als we dat afzetten tegenover het inwonersaantal dan zien we een uitgave van afgerond 70 euro per inwoner in 2013 stijgen naar 150 euro in 2023.
Maar daar stopt het niet mee. We zitten volop in een pensioengolf van de zogenaamde babyboom generatie. De pensioenlast voor de stad zal dus niet onmiddellijk dalen, wel integendeel. Prognoses stellen dat die kost zal oplopen tot ca. het jaar 2040.
Ik hou het voor de duidelijkheid bij gelijke cijfers uit 2023, bij gebrek aan bruikbare cijfers over die toekomstige pensioenuitgaven, maar ik heb wél cijfers over de verwachte stijging van de responsabiliseringsbijdrage. Opgemaakt voor alle duidelijkheid door onze eigen financiële dienst.
Op het einde van deze legislatuur in 2030 zal die boeteclausule gestegen zijn tot ca. 4.306.000 euro! Herinner u, in 2023 bedroeg die 1.432.003 euro. Dit zijn hallucinante bedragen voor een kleine stad als IEPER. Een stijging van 300% in 1 bestuursperiode.
Hiermee zal de kost per inwoner bij een geschat aantal van 35.500 in 2030 minimaal stijgen tot (3.844.333 + 4.306.000) 230 euro per inwoner/per jaar. En als ik zeg minimaal, dan is dat omdat er geen cijfers voorhanden zijn over de stijging van de effectieve pensioenen in deze legislatuur die daar nog moet bijgerekend worden!
En dan heb ik het nog niet gehad over de bijdrage aan de politiezone en de totaal ontspoorde bijdrage aan de brandweerzone, waar ik het later zeker nog over zal hebben. Maar hoe denkt u - met gelijke belastingdruk - dit varkentje te wassen? De Vlaamse overheid komt tussen voor de helft van de factuur, daar valt wellicht niet veel meer te rapen. Rekent u misschien op de federale overheid om u uit de nood te helpen? Dat zou wel eens dik kunnen tegenvallen, maar laat mij u alvast een tip geven.
De stad GENK, die geleid wordt door de voorzitter van de VVSG, tegelijk CD&V-burgemeester, trekt naar het grondwettelijk hof omdat de federale regering van plan is om enkel nog de 10 grootste steden van het land financieel extra te steunen bij de betaling van de pensioenen voor hun stadspersoneel. Enkel steden met minstens 100.000 inwoners zouden in dit voorstel nog financieel ondersteund worden. De put voor de overigen wordt m.a.w. nog wat groter. Burgemeester Wim Dries wil vooral de verdeelsleutel aanvechten.
Misschien zou het een goed idee zijn om de juridische demarche van GENK te ondersteunen, maar in afwachting verneem ik graag hoe u IEPER zult behoeden van een pensioeninfarct.
Schepen Gheysens
Bedankt voor je bezorgdheid en terecht dat de pensioenlast een serieuze hap wegneemt uit ons budget, waarmee andere zaken ten goede van de Ieperse burger zouden kunnen uitvoeren. En een passend antwoord is net zoals veel zaken bij financiën complex qua regelstructuur.
Maar laat me toe eerst kort uitleggen wat de responsabiliseringsbijdrage is. De totale pensioenlast van alle Ieperse gepensioneerde ambtenaren wordt uitbetaald door de federale pensioendienst. Wij, de stadskas, draagt bij aan deze pot via alle werkende statutaire ambtenaren. Het verschil tussen beide, het deficit genoemd, past de federale overheid bij, maar die recupereert een deel rechtstreeks aan ons via de responsabiliseringsbijdrage. De boete die je noemt is een procent, de responsabilisering coëfficiënt, van het deficit. Vandaag 70%, stijgend tot 83% in 2030. We spreken hier in procenten en dus zijn bij hogere bedragen, in verhouding de respo-bijdrage nog hoger. Hierdoor bevestigt de federale overheid bijkomende middelen om de respo-bijdrage te milderen, met een verdeling onder de besturen met meer dan 100.000 inwoners, wat niet rechtvaardig is. Het is vooral de VVSG, de vakbond van steden en gemeenten, weliswaar via Genk, die kat de bel aangebonden heeft.
En verder over de respo-bijdrage, een deel van het deficit toegedekt door federaal, steunt ook de Vlaamse Overheid hier steden en gemeenten. Vlaanderen geeft hier een toelage van ongeveer een 45 a 50% van de totale responsabiliseringsbijdrage. Ook heeft de bijdrage aan de 2de pensioenpijler van de contractuelen een bonus malus-korting op de respo-bijdrage. Dus uiteindelijk van het deficit tussen inkomsten en uitgaven van de pensioenkas moeten we maar een 30% tot 36% in 2030 betalen, en dit maakt de keuze voor contractueel zeker gerechtvaardigd. Bovendien wijzen prognoses op een daling na 2034.
Maar laat me toe dit te concretiseren, want ook in je cijfers steekt een calculatiefout.
Het in 2013 totale uitbetaalde bedrag door de federale pensioendienst bedraagt inderdaad 2,25M, met een deficit voor Ieper van 85K maar een respo-bijdrage van 205K. Een kost van 68€/ieperling.
Vorig jaar, 2024, totaal uitbetaald 3,23M, een deficit van 1,98M, en een respo-bijdrage van 1,39M, waarop we nog een toelage krijgen van de Vlaamse overheid voor ongeveer een 620K.
Volgens prognoses, in 2030, komt de totale pensioenlast te liggen op 5,6M, met nog maar een bijdrage van 405K, vanuit de statuaire kant. Een deficit van 5,2M, en een respo-bijdrage van 4,3M, want neerkomt op 133€ per inwoner, en niet die 230€/inwoner.
Beide overheden hebben reeds de beloftes die we hier aannemen voor de toekomst reeds gemaakt en indien de prognoses kloppen zal de maximum kost voor ons statuaire pensioenstelsel voor de ieperse burger maximum een 140€ per persoon bedragen.
Dit is inderdaad nog een onaangenaam hoog bedrag, maar niet zo hallucinant hoog zoals daarnet aangebracht. Bovendien werd er in het verleden 9 mio euro uit de middelen van de verkoop van onze waterproductiecentra gereserveerd voor het pensioenfonds, deze werden nog met 4 mio euro uit de stadsmiddelen aangevuld tot 13 mio euro, en ook het OCMW heeft 3 mio euro in het pensioenfonds belegd.
Deze belegging werd aangegaan met het engagement om het kapitaal aan te houden en enkel het rendement ten gunste van het exploitatieresultaat te laten komen (in 2024 0,400 mio euro).
Raadslid Bolle
Zeer technische materie, cijfers komen van financiële dienst. Bruto-uitgave is wel 230 EUR/inw.
Hoe daar verder mee omgaan? Intresten van de beleggingen voldoende? Volstaan?
Neen, dus ook nog investeren uit beschikbare middelen om dit te dragen.
Ieper ontsnapt misschien aan meest extreme maar blijft veel geld.
Is het niet raadzaam om stappen te ondernemen naar federale (en Vlaamse) overheid (cfr. Genk)? Ook om te vermijden dat terug (enkel) de grootste extra's krijgen.
Geschrokken van de prognoses voor de toekomst, niet gerust erin.
Schepen Gheysens
Iedereen bezorgd en goed dat het opgevolgd wordt. Lasten verleggen naar andere overheden, hopelijk deels mogelijk. Genk doet dit mede namens de VVSG, voor alle steden en gemeenten.
De Vlaamse regering heeft vóór het zomerreces een aantal belangrijke knopen doorgehakt over de infrastructuurinvesteringen rond mobiliteit voor de komende jaren in Vlaanderen. Vlaams minister van Mobiliteit Annick De Ridder (N-VA) mag de resterende jaren van de legislatuur 2,2 miljard euro per jaar uitgeven aan infrastructuur. Het Geïntegreerd Investeringsprogramma (GIP) legt vast hoe dat geld wordt verdeeld.
En wij hebben dan wel geen overkapping à la Oosterweel nodig, maar de heraanleg van de N8 tussen Ieper en Vleteren, inclusief een randweg rond Brielen, kan niet langer uitblijven.
Voor deze legislatuur heeft de Vlaamse regering 1 miljoen euro vrijgemaakt voor studiekosten – tussen haakjes al de derde studie als ik het goed voorheb - maar helaas nog niets voor de broodnodige grondverwervingen en dit is een slecht signaal.
De doorlooptijd van projecten in studie- en voorbereidingstijd naar realisatie toe worden nl. sterk beïnvloed door de doorlooptijd van voorafgaande grondinnames en verwervingen, en het daaropvolgende vergunningentraject. Om dit planmatig en budgettair meer gestructureerd aan te pakken en budgettair af te dekken wordt in het GIP een centrale buffer voorzien om efficiënt tot grondinnames en verwervingen te kunnen overgaan naargelang de opportuniteit zich stelt in de voorbereidingsfase van een investeringsproject. Het GIP benoemt hiervoor de as N8 Alveringem, Lo-Reninge en Vleteren, maar geen woord over het traject tot aan Ieper.
Voor dit traject vanaf Vleteren werd ondertussen een ‘complex project’ opgestart, waar de nadruk ligt op vlotte verkeersdoorstroming, fietscomfort, verkeersveiligheid en leefbaarheid in de doortochten.
- Begin 2021 werd een studiebureau aangesteld voor de verkenningsfase van het complex project.
- In de loop van 2022 werden er nieuwe gesprekken gevoerd met alle stakeholders, werden de conclusies daarvan gebundeld en teruggekoppeld met de Vervoerregioraad Westhoek. Deze fase heeft geleid tot een concreet ontwerp van startbeslissing.
- Op vrijdag 14 juli 2023 heeft de Vlaamse regering de startbeslissing en de bijhorende procesnota goedgekeurd. De startbeslissing gaat over de verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid van de doortochten Woesten, Elverdinge en Brielen alsook over de verkeersdruk eigen aan de regionale functie van de N8.
De goedkeuring van de startbeslissing zette het licht op groen voor de start van de onderzoeksfase waar het de bedoeling is om het beste alternatief te filteren uit een brede waaier aan mogelijke alternatieven. Het beste alternatief wordt uiteindelijk geformuleerd in een voorkeursbesluit.
- In april 2025 tenslotte werd eindelijk de onderzoeksfase opgestart: de Vlaamse overheid stelde bureau Sweco aan om de onderzoeksfase inhoudelijk, communicatief en participatief aan te pakken.
Wat mij leidt tot volgende vragen:
- Wie binnen het college volgt dit belangrijke dossier op?
- Gaat dit bestuur resoluut voor een randweg/bypass rond Brielen of opteert u daarentegen voor een optimalisatie van de N8 binnen de dorpskern, zonder randweg?
Schepen Desmadryl
Om te starten met uw eerste vraag collega Bolle, denk ik dat het een evidentie is dat dit dossier in eerste lijn wordt opgevolgd door de dienst mobiliteit, maar net zoals bij alle andere dossiers zal ook het voltallige college dit opvolgen. Ik weet ondertussen ook wel dat er in politiek wel heel vaak mensen zijn die graag personaliseren een zich aantal zaken willen toe-eigenen of iemand persoonlijk de vinger wijzen, maar u weet net zo goed als ik dat, met uitzondering van een dringend besluit door de Burgemeester, hier niemand bevoegd is om alleen beslissingen te nemen. Ik wil hierbij dan ook wel nog eens duidelijk stellen dat iedere beslissing in elk dossier wordt genomen door een College en bij uitbreiding deze Gemeenteraad.
Omtrent uw tweede vraag zou het op vandaag wel heel onrespectvol zijn om als college uitspraken te doen zonder de resultaten te kennen van de momenteel lopende tellingen en de bevraging die is opgestart bij de bevolking. We hebben in de dorpenronde al wat gehoord van de bewoners en hun standpunten hieromtrent, maar het zou nogal straf zijn dat we geen rekening zouden houden met wat de bewoners voorstellen tijdens dit lopend onderzoek en de komende geplande wandelingen die worden georganiseerd.
Daarentegen zullen wij als bestuur ook wel zeer duidelijk de vraag stellen om alle onderzoek binnen dit complex project ook complexer te maken dan nodig en vooral de leefbaarheid en veiligheid van de mensen in onze dorpen voorop te stellen.
Indien men nu eens zou starten met enkel het doorgaand zwaar verkeer te verbieden door Brielen, dan zou al een grote stap kunnen gezet worden en dit zonder ellenlange procedures en onteigeningen, zonder vele miljoenen euro’s voor studies, opmaak van plannen en nog eens een niet te onderschatten kost voor uitvoering. Zonder extra grondinname, extra verhardingen ed …
Allemaal zaken die er alleen maar voor gezorgd hebben dat dit het langste dossier in de geschiedenis van onze stad is geworden.
Het is op vandaag perfect mogelijk om doorgaand zwaar verkeer te laten rijden via de N38 en de N321 die zijn aangelegd met vrij liggende fietspaden ed … Dus zien wij ook dit zeer graag opgenomen in dit onderzoek en als eventuele optie of scenario als deze zouden worden voorgesteld.
Raadslid Bolle
Ik denk schepen Desmadryl dat u het belang van een ferm en duidelijk politiek antwoord onderschat. De hele carrousel die nu draait, is nl. een gevolg van falend politiek beleid.
Reeds onder de bevoegdheid van minister Weyts was er al een consensus na het participatietraject dat liep in 2017 en 2018. Het resultaat van die verkenning was dat we voor een betere wegverbinding Ieper – Veurne geen ‘complex project’ nodig hadden, maar wel uitvoering van de gekende projecten én een aanpak van de leefbaarheidsproblematiek van Brielen door een nieuwe omleidingsweg. Die conclusie werd door 19 van de 21 betrokken maatschappelijke actoren gedeeld, dit tot tevredenheid van o.a. de actiegroep ‘Geen streep door de Westhoek’ die zich jarenlang heeft ingespannen voor een gedragen oplossing.
En als er uitvoering was gegeven aan dit helder signaal na ca. 40 jaar gepalaver, dan hadden we vandaag wellicht in de uitvoeringsfase gezeten.
Maar dat was in de vorige legislatuur buiten mevrouw Talpe gerekend die zich als liberaal, burgemeester en parlementair niet wou neerleggen bij de overduidelijke, democratische besluitvorming. Zij kreeg haar liberale voordijmister Lydia Peeters zo ver om, jawel, een nieuw ‘complex project’ op te starten. Totaal van de pot gerukt, maar zo zie je maar hoe sommige politici zich van democratische besluitvorming weinig aantrekken als ze aangestuurd worden door broodheren die slechts een particulier belang voor oog hebben.
Conclusie collega’s, deze nieuwe vragenronde die vandaag een aanvang neemt, zal zonder enige twijfel bevestigen wat we weten uit de vorige bevraging van 2017/2018. De bevoegde N-VA minister Annick De Ridder, zegt te zullen concluderen in 2028; we zullen dus met dank aan de liberalen minstens 10 jaar verloren hebben.
En ondertussen doemt er een nieuwe bedreiging op. De huidige bevraging, die ook gebeurt bij de bewoners van Boezinge en Zuidschote is niet zonder bijbedoelingen. Op deze manier wordt een oude piste voor een omleidingsweg nieuw leven ingeblazen, deze keer vanuit de kabinetten van N-VA.
Ik hoop burgemeester dat u op een kordate manier uw college op één lijn krijgt en een duidelijk signaal geeft dat het genoeg is geweest. Dat de heraanleg van de N8 met vrijliggende fietswegen, voldoende uitwijkstroken en een randweg rond Brielen er moet komen. De tijd van praten, luisteren, marchanderen en politieke sabotage is voorbij. Wij rekenen op u.
Schepen Desmadryl
er is inderdaad veel gepalaverd. Niet kijken wat verkeerd is gelopen, vooruit kijken en meewerken. De huidige tellingen zijn de eerste die uitgevoerd worden. Stop dus ook met pallaveren en laat ons kijken naar de toekomst, om stappen te kunnen zetten. En het bestuur zit op één lijn, en snel stappen zetten tegenover de inwoners.
Geen politiek spel en stop met kijken naar verleden. We moeten vooruit.
Raadslid Bolle
Herhaalt dat als men in 2017/2018 gevolgd, dan was het dossier van de baan.
Resultaat zal hetzelfde zijn.
Het blijft tijdverlies.
Dank liberalen om de stad zo te kijk te zetten.
Schepen Desmadryl
Herhaalt: vooruit kijken en aan concrete oplossing werken.
Als we zo terug beginnen, zijn we opnieuw vertrokken, duurt al 70 jaar.
Raadslid Bolle
Standpunt stad? Niet duidelijk; toch zal op bepaald moment keuze moeten gemaakt worden.
Schepen Desmadryl
College zal gezamenlijk standpunt innemen nadat tellingen gekend zijn.
Vlaams Belang is benieuwd wat de vooruitgang is sedert de vorige zitting en nu. Ik ga ervanuit dat het effectief zo is dat er ook tijdens het zomerreces toch gewerkt werd door de bevoegde ministers.
Wanneer is het laatste overleg geweest met Asiel en Migratie en met Defensie?
De Ieperlingen wachten op antwoorden op hun vragen of het doek al dan niet valt over het asielcentrum en hoe het zit met de plannen voor de Strategishe Spie.
Trekt het stadsbestuur aan de alarmbel door aan te dringen op een beslissing of blijft men de kat uit de boom kijken?
Ik hoop dat ik volgende maand niet opnieuw dezelfde vraag moet stellen…
Schepen Eva Ryde
Zowel met het kabinet van asiel en migratie als defensie zijn we in nauw contact, het laatste overleg dateert van afgelopen donderdag 28/08.
Uw ongeduld om duidelijkheid wordt gedeeld. De Ieperling, de diensten, het onderwijs, de bewoners, de werknemers in het asielcentrum hebben recht op een duidelijk plan. Tot op vandaag is er geen definitief besluit genomen.
Twee zaken zijn duidelijk en zeker:
• Het asielcentrum in Ieper is en blijft een tijdelijke invulling van het militair domein
• Een stopzetting van een asielcentrum neemt 6 maanden in beslag
Dus kunnen we nu al duidelijk zijn dat het asielcentrum nog minstens 6 maanden actief blijft in 2026. Timing uitfasering is momenteel nog niet vastgelegd, wat vasthangt aan toekomstplannen van defensie. We zullen blijven aandringen en communiceren bij meer nieuws.
Raadslid Six
Dus de belofte dat het maar voor 2 jaar was ligt in de prullenmand als nog minstens 6 maand duurt in 26?
Niet aangenaam- dat er nog geen duidelijkheid is.
Blijf aan de boom schudden, wees niet te braaf.
Schepen Ryde
Is ze niet, heeft echt wel tegenin gegaan.
Er komt een einddatum maar blijkbaar nog even wachten. Overeenkomst loopt minstens tot eind dit jaar.
Raadslid Six
Tot volgende maand.
Cultuur is altijd al een belangrijk gegeven geweest voor Ieper en zette onze stad mee op de kaart. Ieper beschikt over een sterke cultuurinfrastructuur, denk maar aan de Neerstadsite (met academie, bib en archief), Het Perron, Kunstenhuis Satelliet.K en tal van OC’s. Maar één gebouw blijft een zorgenkind: de stadsschouwburg. Een zaal die broodnodig is voor onze cultuurverenigingen en de werking van ons cultuurcentrum. De stadsschouwburg opgeven is echt geen optie!
In de vorige legislatuur werd 400.000 euro voorzien voor instandhoudingswerken. Dat budget werd meermaals aangesproken, onder andere voor de vernieuwing van de verwarmingsinstallatie. Tijdens de coronaperiode moesten alle zalen bovendien worden uitgerust met ventilatiesystemen, en sommige ruimtes kregen een opfrisbeurt met een lik verf. Allemaal ingrepen om de stadsschouwburg langer overeind te houden. Daarnaast werd budget vrijgemaakt voor een haalbaarheidsstudie, zodat er gefundeerde beslissingen konden worden genomen over de toekomst van dit gebouw.
Dat die toekomst dringend is, weet iedereen. De podiumtechnieken zijn verouderd, de glazen borstwering op de onderste rij van de tribune belemmert het zicht op de scène, er is geen bar en geen ontvangstlobby. Ook bouwkundig zijn er grote problemen: een lekkende kelder die regelmatig onder water staat, een kapotte lift, rot buitenschrijnwerk, verweerde gevels en een dak dat op verschillende plaatsen in slechte staat is. Nog een legislatuur wachten is voor Vooruit geen optie!
De haalbaarheidsstudie onderzocht drie scenario’s:
- Scenario 1: behoud van de buitenschil. Erfgoed blijft bewaard, maar het is onmogelijk om aan alle ruimtevragen te voldoen. De inkomhal, caféruimte en logistieke ruimtes blijven te klein. Voordeel: dit is de goedkoopste optie (ca. 4 miljoen euro).
- Scenario 2: gedeeltelijk behoud met aanbouw. De buitenschil wordt verruimd, maar daardoor daalt de erfgoedwaarde. Oppervlaktegewijs voldoet dit scenario (op het cafégedeelte na). Grootste nadelen: de circulatie blijft gebrekkig en het is meteen de duurste optie (ca. 4,9 miljoen euro).
- Scenario 3: volledige nieuwbouw. Hiermee kan de zaal volledig worden ingericht volgens de huidige noden, met voldoende oppervlaktes en een logische circulatie. Kostprijs: ca. 4,75 miljoen euro. Groot nadeel: alle erfgoedwaarden verdwijnen, en mogelijk ontbreekt er draagvlak bij de bevolking.
Kort samengevat: scenario 2 lijkt het minst voor de hand liggend: hoge kostprijs, verlies aan erfgoed en geen optimale zaal. De keuze zal dus vermoedelijk gaan tussen scenario 1 (erfgoed behouden) of scenario 3 (een volledig nieuwe inrichting). Met andere woorden: kiezen we voor erfgoed, of voor de beste werking?
De resultaten van de haalbaarheidsstudie liggen nu op tafel. Maar de vraag is: wat gaat de meerderheid ermee doen?
- Gaat deze meerderheid aan de slag met deze studie? Welk scenario geniet jullie voorkeur?
- Wordt er deze legislatuur budget voorzien om één van de drie scenario’s te realiseren?
- En op welke manier krijgen de Ieperlingen inspraak?
Schepen Eva Ryde
We zijn het over verschillende zaken roerend eens. Cultuurbeleving is in Ieper geen kers op de taart, “een toetje”, maar deel van de basisidentiteit van onze stad, in zijn vele vormen. Een tweede zaal in de stad die een theateropstelling kan herbergen voor cultuurvoorstellingen, is geen luxe maar een goeie werkingsbasis voor een breed professioneel aanbod en ruimte voor verenigingen. De stadsschouwburg vervult die rol en inderdaad, de toekomst ervan wordt nu tegen het licht gehouden.
De haalbaarheidsstudie heeft ons al het één en andere geleerd, maar er blijven nog een pak vragen over. Daarom hebben we als schepencollege geopteerd om een 4de optie te onderzoeken: de mogelijkheid om een stuk van de ruimtes in de kathedraal te betrekken in dit project. We wachten hiervoor op de adviezen van de technische dienst/erfgoed/ ruimtelijk ordening om de opdracht voor deze aanvulling op de studie zo correct mogelijk te kunnen stellen. Het is nu noodzakelijk om alle pistes te onderzoeken en tot een haalbaar, coherent verhaal te komen.
Een investering van 4,5 miljoen euro is erg hoog gegrepen en zal zeker bij aanvang van het meerjarenplan geen optie zijn. Optie 4 wachten we ook nog af naar mogelijke opportuniteiten. Ondertussen is de schouwburg nog altijd goed operationeel en volgen we dit gebouw verder in die zin op. Eens pistes zich duidelijker aftekenen, zullen we participatie met en via de cultuurraad voeren.
Je hebt een opsomming gemaakt van gebouwen met een culturele invulling, waarbij je de musea nog vergat. Vergeet niet dat ook zij de nodige opvolging en investeringen vergen en waar sommige problemen zich nu al acuter stellen.
Raadslid V. Despeghel
Dank voor reactie.
Meegeven: staat achter de vierde optie, ook al in vorige legislatuur aangehaald maar zou niet haalbaar zijn om die link te maken.
Blij dat dit verder onderzocht wordt is complex dossier, erfgoedwaarde, ...
Blij dat niet uitgesloten wordt dat er tegen einde legislatuur middelen zouden voorzien worden, minstens voor instandhouding want er zijn dringende zaken aan te pakken.
Ook noden om aantal zaken mogelijk te houden/maken.
Schepen Ryde
Optie 4 is niet een vaste link maken, wordt meer out of the box denken. een theaterzaal die ook bruikbaar is zonder theatertechnici.
Eerst afwachten wat de studie geeft.
Einde legislatuur: te bekijken wat haalbaar is.
Raadslid V. Despeghel
MJP dynamisch maar als je nu niet vindt, ook niet einde legislatuur. Extra-middelen om in staand te houden?
Schepen Ryde:
Ja
De klimaatsverandering confronteert ons allen met sterk wisselende weersomstandigheden. Periodes met verhoogde en verhevigde neerslag kunnen tot wateroverlast en overstromingen leiden, anderzijds krijgen we te maken met langere periodes van droogte en hogere temperaturen, de ‘hittegolven’, met waterschaarste als gevolg.
Om deze complexe problematiek aan te pakken lanceerde de Vlaamse regering in 2020 de ‘Blue Deal’. Sinds 2023 werd die wettelijk verankerd, waardoor elke nieuwe Vlaamse regering verplicht is zo’n plan op te maken.
De vorige Vlaamse regering kende de Blue Deal-projecten in Vlaanderen 500 miljoen euro toe, waarvan 343 miljoen euro afkomstig was van de Europese coronasteun. Die steun is intussen weggevallen, waardoor de nieuwe Vlaamse regering het budget van de vorige legislatuur verminderde.
Begin juli 2025 deelde de Vlaamse minister Brouns, bevoegd voor landbouw en leefmilieu, mee dat er voor de nieuwe Blue Deal 330 miljoen euro voorzien wordt. Dat betekent 66 miljoen euro per jaar binnen deze Vlaamse legislatuur.
Deze budgettering kreeg harde kritiek vanuit de Strategische Adviesraad Landbouw en Visserij (SALV), de Vlaamse Minaraad en de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV).
Ook vanuit neutrale, wetenschappelijke hoek kwam er harde kritiek. Zo stelde professor Patrick Willems van de KU Leuven, die algemeen (ook door het Vlaamse parlement) als expert terzake geraadpleegd en erkend wordt, dat er minstens 100 tot 150 miljoen euro per jaar nodig is om Vlaanderen te wapenen tegen de nieuwe klimaatextremen.
Centraal in de nieuwe Blue Deal-projecten staan ‘sponsgebieden en sponsdoelen’. Dat zijn gebieden waar hemelwater op meetbare wijze wordt vastgehouden en kan doorsijpelen naar het diepere grondwater, zodat we zicht krijgen op de infiltratie en buffering van het neerslagwater in daartoe geschikte gebieden, dat zijn vaak natuurgebieden. Doel is om Vlaanderen beter te beschermen tegen enerzijds droogte, anderzijds overstromingen.
Tegen deze achtergrond van enerzijds verminderde financiële middelen, anderzijds broodnodige maatregelen, stellen wij ons logischerwijs de vraag of deze nieuwe situatie concrete gevolgen kent voor de realisatie van de al sinds 2019/2020 bestudeerde en onderzochte Blue Deal-projecten en aanverwante plannen binnen Ieper en de ruimere regio.
Concreet gaat dit over volgende projecten:
- In 2019/2020 maakte de VMM (Vlaamse Milieumaatchappij) samen met de stad Ieper plannen om op de 9 ha gronden in de brede vallei van de Bollaertbeek (als sinds begin de jaren 1990 eigendom van de VMM), een ecologisch zuiveringsmoeras in te richten, die de waterkwaliteit in de drinkwaterbekkens va de Verdronken Weide en Zillebekevijver sterk moet verbeteren.
- In dezelfde periode ontwikkelde de VMM plannen om de Ieperse waterhuishouding grondig bij te sturen door de inrichting van een vernieuwde waterafvoer vanuit de Verdronken Weide via de Voorvestingen, de Kasteelgracht, het gewezen openluchtzwembad en de Wieltjesgracht naar de Ieperlee en het Ieperleekanaal. Deze bijkomende afvoerweg moet Ieper beschermen tegen overstromingen als gevolg van extreme neerslagperiodes, die jammer genoeg steeds vaker voorkomen
- Binnen deze context werden er tijdens de vorige legislatuur twee nieuwe waterbekkens gepland: in Vlamertinge op de Grote Kemmelbeek, even stroomopwaarts of ten zuiden van de dorpskom, en in Voormezele op de Bollaertbeek, nabij de Kalleputstraat stroomafwaarts of even ten noorden van de dorpskom. Twee Ieperse deelgemeenten die de voorbije 20 jaar met overstromingen geconfronteerd werden.
We wensen dan ook te vernemen hoever het staat met deze Ieperse watergebonden projecten. Hebben de verminderde budgetten een weerslag op de planning en/of de uitvoering?
We horen ook graag in hoeverre er rekening wordt gehouden met ecologische randvoorwaarden bij de inrichting van de nieuwe waterbekkens in Vlamertinge en Voormezele, wanneer deze projecten voor uitvoering gepland zijn, en welke watervolumes er uiteindelijk kunnen opgevangen worden. Daarnaast: op welke wijze wordt de vraag vanuit de landbouw naar watergebruik vanuit deze nieuwe bekkens aangepakt?
Tenslotte vernemen we graag welke verdere stappen de stad Ieper gezet heeft binnen het sinds eind 2019 opgestarte project ‘Water+Land+Schap, Robuuste Waterlopen Westhoek’, in samenwerking met de gemeente Heuvelland en de ‘coalitie’ van diverse betrokken partners.
Concreet gaat dit over het uiteindelijke doel van het project ‘Water-Land-Schap’, namelijk het inrichten van een ingrijpend landinrichtingsplan, waarbij de ervaringen van de kleinschalige en tijdelijke proefprojecten uit de voorbije 5 jaren eindelijk leiden tot definitieve en duurzame inrichtingsmaatregelen die een betere waterkwaliteit over de hele regio moeten garanderen.
Schepen Miguel Gheysens
Het project aan de Bollaertbeek werd sinds 2021 voorbereid door de stad Ieper en de Vlaamse Milieumaatschappij, waarbij de stad de rol speelde van communicator.
Het gaat dan ook om een belangrijk waterdossier voor de stad met meervoudige doelstellingen:
• Verminderen overstromingsdruk door grotere buffercapaciteit.
• Ecologische opwaardering Bollaertbeek door verhoogde structuurkwaliteit.
• Verminderen impact van droogte door groter basisoppervlaktewatervolume.
• Verhogen voeding van de grondwatertafel door flauwe taluds in plasdraszone.
• Natuurlijke zuivering van de Bollaertbeek.
De Omgevingsvergunning is afgeleverd op 5/12/2024 en de uitvoeringswerken zijn aanbesteed. Het archeologisch voor- en proefsleuvenonderzoek is afgerond en ook de munitiescan is gebeurd. Omwille van het groot aantal gedetecteerde anomalieën wordt deze munitie momenteel puntsgewijs verwijderd. De verwachting is dat de werken eind september kunnen opstarten en dat het gros van de grondwerken nog dit najaar kan worden uitgevoerd.
Ook rond de rest van de zogenaamde oostelijke waterverbinding zijn reeds verschillende stappen gezet om over het volledig tracé het maximale debiet van 8 m³/s te behalen. Van zuid naar noord:
• Waterwerken binnen Verdronken Weide: het archeologieluik is afgerond. Het studiebureau is momenteel bezig het ontwerp verder te verfijnen om 4 vismigratieknelpunten aan te pakken.
• Waterwerken binnen de Voorvestingen: momenteel wordt onderzocht hoe kan vermeden worden dat bij aanpassingswerken eventuele historische vervuiling een impact zou hebben op de kwaliteit van het Vestingwater.
• Baggeren Kasteelgracht tussen Poternebrug en Rijselpoort: ook hier is de munitiescan reeds gebeurd, en zijn we weldra in aanbestedingsfase. Het huidig slibbekken aan de Rijselseweg is volledig gezeefd en binnenkort wordt alle slib verwijderd waarna de locatie in oorspronkelijk toestand hersteld kan worden.
• De opwaardering van de buis onder de Menenstraat zal pas na 2029 worden aangepakt, momenteel worden hiervoor verschillende scenario’s uitgewerkt.
• Het Openluchtzwembad: de omgevingsvergunning is in aanvraag. Dit dossier wordt in overleg met de stedelijke diensten en de VMM vertaald naar een concreet inrichtingsplan.
• De Wieltjesgracht: hiervoor vonden recent 2 overlegmomenten plaats met het studiebureau en alle betrokken stakeholders. Op basis van deze input worden de plannen verder verfijnd.
Het bufferbekken in Vlamertinge ontving reeds een omgevingsvergunning. De concrete uitvoering en een eventuele nieuwe vergunningsaanvraag voor een aangepaste uitvoering worden momenteel intern bekeken. Het ganse waterverhaal van Vlamertinge wordt in detail herbekeken.
Voor het bufferbekken langs de Kalleputstraat werd het archeologieluik afgerond. De aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt momenteel voorbereid.
Wat de budgetten betreft; slechts één van de genoemde projecten is een goedgekeurd BlueDeal project waar de stad Ieper bij betrokken is (Kalleputstraat). De andere projecten worden voorbereid door partners in nauw overleg met de stad Ieper. Hierbij is de financieringsbron van de partners niet altijd gekend, maar de stad kreeg nog geen signalen dat deze lopende projecten omwille van financiële redenen on-hold of stopgezet zouden worden.
Wat betreft Water+Land+Schap Robuuste Waterlopen Westhoek heeft het schepencollege haar engagement herbevestigd voor de volgende fase (periode 2026-2031). ER zijn budgetten voorzien voor de veldwerker en voor het opzetten van demomaatregelen, en hierbij nogmaals gewezen op de nood aan het verwezenlijken van robuuste waterlopen door het creëren van duurzame bufferstroken en oevers langs waterlopen.
Vanaf 1 juli 2025 kunnen landbouwers in het projectgebied opnieuw intekenen op een nieuw pakket maatregelen. Vier concrete pistes worden ondersteund via een vergoeding die voor 50% voorzien wordt door de Vlaamse Landmaatschappij en voor 50% door de Provincie, De Watergroep, Ieper en Heuvelland:
• Aanleg van erosiedammen van plantaardig materiaal zoals stro, wilg of houthaksel om afspoeling van bodem te stoppen vóór ze de beek bereikt.
• Stimulanspremie voor niet-kerende bodembewerking op sterk erosiegevoelige percelen, met aangepaste begeleiding als alternatief voor ploegen.
• Stimulanspremie voor mechanische onkruidbestrijding, als driftvrij alternatief voor chemische gewasbescherming.
• Gebruik van een biologisch alternatief voor metaldehyde (op basis van ijzerfosfaat), dat minder schadelijk is voor de (drink)waterkwaliteit.
Raadslid V. Despeghel
Bufferbekken van Vlamertinge: niet meer info? Vanuit provincie gehoord dat het op de helling staat, geen oplossing voor uitgegraven gronden; hoe dan oplossen?
Raadslid Stubbe
Wat meer oppervlaktes of volumes gehoord ivm nieuwe geplande bekkens en dergelijke. Zullen ze groot genoeg zijn om als wachtbekken te functioneren? Eerder nood aan 10 ha-bekkens om voldoende capaciteit te hebben. Bekken van 2 ha is onvoldoende als buffer, is ok voor landbouw.
Om het haalbaar te maken, werken met een reeks van bekkens.
Schepen Gheysens
@Despeghel: u werkt bij de provincie, misschien weet u meer.
@Stubbe: concrete cijfers, zal die nagaan en overmaken. Klopt dat 2 ha onvoldoende is. Meer gronden en bekkens nodig.
Raadslid Stubbe
Tip: in Vlaanderen teveel grachten. Voorbeeld in bossen van OCMW, misschien die grachten anders inrichten. Daar sponsfunctie effectief realiseren.
Schepen Gheysens
Zijn we al mee bezig.
Ik werd op de hoogte gebracht over feiten die niet getolereerd mogen worden en waartegen opgetreden moet worden vooraleer het zal escaleren. Uitbaters van een zaak op de Vismarkt en de andere van een zaak tegenover de Vismarkt zijn deze toestand zo beu…
Vorige maand werd een groep mensen met mentale en fysieke beperking en een begeleider die op terras zaten beschoten met plastiek balletjesgeweren. Daarvoor werd de politie opgebeld maar sindsdien maken enkele “jongeren” het leven van de uitbaters zuur: er worden stenen tegen de zaak gegooid, ze worden bespuwd en uitgescholden. Alsof dat nog niet erg genoeg is werden de uitbaters na sluitingstijd al gevolgd tot aan hun wagen.
Ikzelf was trouwens getuige van een scheldpartij van één van de “jongere” naar de man toe…
Aangezien mevrouw de burgemeester op de hoogte is van dit probleem had Vlaams Belang graag geweten wat de mogelijkheden zijn om deze intimidaties op te lossen en in de toekomst te voorkomen…
Burgemeester Desomer
Het is vanzelfsprekend dat het stadsbestuur elke vorm van intimidatie en overlast streng veroordeelt.
De meldingen van overlast in de uitgaansbuurt zijn ons bekend. Ik sta hierover in nauw contact met de commissaris van onze politiezone, zodat we dit dossier van nabij kunnen opvolgen. Als stadsbestuur overleggen we daarnaast ook regelmatig met de uitbaters van horecazaken aan de Vis- en Kiekenmarkt. Dit over de algemene veiligheid, maar ook wanneer zij evenementen organiseren, worden er steeds duidelijke afspraken gemaakt over de te nemen veiligheidsmaatregelen.
Mocht er zich ondanks deze voorzorgen toch een incident voordoen, waarbij individuen met verkeerde bedoelingen aanwezig zijn, dan komt – na melding – onmiddellijk een politieteam ter plaatse om de situatie onder controle te brengen. Indien nodig worden betrokken personen verwijderd of administratief aangehouden.
Wat betreft het specifieke voorval waar u naar verwijst: ik kan omwille van de lopende procedure niet alle details vrijgeven, maar kan wel bevestigen dat er eind juli door de politie een proces-verbaal werd opgesteld. Daarbij ging het om jongeren die met een nepwapen — vermoedelijk aangekocht of gewonnen op een kermis — richtten op zichzelf en omstaanders. Het betrof een speelgoedwapen dat plastic projectielen afvuurt. Het werd door de politie in beslag genomen.
Zowel uit de vaststellingen van de patrouille ter plaatse als uit de camerabeelden blijkt dat er op dat moment géén aanwijzingen waren dat er specifiek werd gemikt op personen met een fysieke of mentale beperking. Mocht dat wél het geval zijn geweest, dan zouden de nodige maatregelen zijn genomen.
Ik blijf me inzetten voor een veilige uitgaansomgeving voor onze (Ieperse) jongeren. In samenwerking met politie en horeca-uitbaters blijven we waakzaam en kordaat optreden tegen iedereen die de rust en veiligheid komt verstoren.
Raadslid Kinoo
Dank voor antwoord. Zal dit ook zo doorgeven aan uitbaters en hen melden contact te nemen met politie indien er zich iets voordoet.
De wandel- en fietsbrug over het vestingwater die de binnenstad ter hoogte van de Kersecorf verbindt met de Leopold III-laan en bijhorende parkeerplaatsen, is in slechte staat.
Er zijn nauwelijks nog planken die niet op één of meerdere plaatsen zijn losgeraakt en de oversteek met de fiets gaat gepaard met een rammelend geluid.
Bij eenvoudig onderzoek stel je vast dat er heel wat vijzen ontbreken en dat van sommigen de kop is afgebroken. Tevens een gevaar voor lekke banden dus.
Is het college zich bewust van de slechte staat van de beplanking van de Poternebrug en zo ja, plant u hier op korte termijn iets aan te verhelpen?
Is er daarnaast een bereidheid om het dragende stalen geraamte van de brug te herschilderen?
Schepen Stephaan De Roo
Collega Bolle , De vraag die U stelt is meer dan terecht.
Wij hebben dezelfde vraag gesteld enkele jaren terug, en ik meen te weten dat het collega Degroote was die deze vraag heeft gesteld. Maar collega Goudeseune antwoordde toen dat het niet nodig was ..
Wij hebben of zullen het voorzien op het meerjarenplan en zullen het uitvoeren, zo gauw mogelijk.
En wie weet … Keuren jullie dan het meerjarenplan goed.
Raadslid Bolle
Enkele jaren terug zal het wellicht nog niet zo erg geweest zijn.
Op 20 september 2023 besliste het Werelderfgoedcomité van UNESCO om 27 Vlaamse begraafplaatsen en herdenkingssites uit WO I langs het Westelijk Front in te schrijven op de UNESCO-Werelderfgoedlijst. Zes sites bevinden zich op het grondgebied van Ieper, namelijk: Essex Farm Cemetery, Cluster Pilkem, Menin Gate, Bedford House Cemetery, Cluster Palingbeek en Saint-Charles de Potyze. Goed nieuws dus voor Ieper, dat naast de Belforttoren nu ook WO I-begraafplaatsen op de UNESCO-lijst heeft staan. Deze bescherming zou geen impact hebben op het omliggende landschap, zo werd toen verkondigd.
In februari 2024 liet de toenmalige Vlaamse minister van Erfgoed, Matthias Diependaele, echter weten dat er tijdelijk geen grote windmolens meer mochten komen binnen een straal van 3 kilometer rond de erkende WO I-sites. Toen werd gezegd dat het om een tijdelijke maatregel ging, en dat ondertussen een onderzoek zou worden opgestart met alle betrokken actoren om per site na te gaan welke afstand men moest bewaren tot elke beschermde WO I-begraafplaats.
Vooruit is altijd voorstander geweest van een repowering van de bestaande windmolens op het industrieterrein, met eventueel een beperkte aanpalende uitbreiding richting de Noorderring / A19. De hierboven vermelde studie was dan ook belangrijk in kader van deze eventuele uitbreiding. Op 26 augustus kregen we echter een mail te zien waarin de administrateur-generaal van het Agentschap Onroerend Erfgoed, Peter De Wilde, liet weten dat de huidige minister van Onroerend Erfgoed, Ben Weyts, heeft beslist om deze studie stop te zetten. Directe aanleiding zou de terugtrekking van de Vlaamse Windenergie Associatie (VWEA) uit de begeleidende werkgroep zijn. Hierdoor kan de studie volgens minister Weyts niet meer leiden tot een gedragen einddocument.
Intussen blijft de tijdelijke maatregel voor de WO I-sites in de Westhoek, uit de omzendbrief “Afwegingskader en randvoorwaarden voor de oprichting van windturbines”, van kracht. M.a.w. die straal van 3 km blijft gelden. Dit, in combinatie met de strengere voorwaarden – zoals minstens driemaal de tiphoogte tussen een nieuwe grootschalige windturbine en de dichtstbijzijnde bestaande woning in woongebied, zoals vastgelegd door Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns – zorgt ervoor dat het plaatsen van bijkomende windmolens in en rond Ieper en ruimer in de Westhoek volgens mij onmogelijk wordt.
Hieromtrent heb ik de volgende vragen:
- Klopt mijn zienswijze dat door de 3 km-maatregel in combinatie met de strengere voorwaarden uit de omzendbrief het plaatsen van bijkomende grote windmolens in Ieper onmogelijk wordt? Enkel repowering van de bestaande windmolens blijft nog mogelijk?
- Zal dit stadsbestuur de beslissing van de minister zomaar laten passeren, of zal het proberen hierover in dialoog te gaan met de bevoegde minister?
- Deze beslissing leidt ertoe dat het behalen van 40% CO₂-reductie tegen 2030 onmogelijk wordt. Hoe zal dit stadsbestuur hiermee omgaan?
Schepen Gheysens
Citaat uit omzendbrief OMV /2025/1:
Uit voorzorg dienen de betrokken gebieden worden gevrijwaard van bijkomende (grootschalige) windturbines. Dit tot er een wetenschappelijk onderbouwde en gevalideerde methodologie is die de impact op de betrokken monumenten door windturbines in kaart brengt en de vergunningverlenende overheden helpt bij het beoordelen van individuele aanvraagdossiers. Richtinggevend wordt hierbij de afstand van 3 kilometer van voormelde beschermde monumenten naar voren geschoven. Binnen deze afstand dienen de pagina 9 van 12 vergunningverlenende overheden omzichtig om te springen met aanvraagdossiers voor (grootschalige) windturbineprojecten, teneinde de militaire begraafplaatsen afdoende te beschermen. Een dossierspecifieke beoordeling van de impact op de erfgoedwaarde van de site blijft nodig. In die optiek kan verwezen worden van de mogelijkheid tot beoordeling door het Werelderfgoedcomité, cf. de procedure omschreven in §172 van de Operational Guidelines for the Implementation of the World Heritage Convention. Dit uitgangspunt geldt uiteraard niet voor de gebieden die op het moment van de erkenning door het Werelderfgoedcomité reeds over vergunde (clusters van) windturbines beschikten, alsook de repowering van deze turbines. Het comité besliste immers dat de betrokken sites ook met deze turbines waardevol genoeg zijn om op de Werelderfgoedlijst terecht te komen.
Vooreerst wil ik duidelijk stellen dat de beslissing tot vergunning van grote windmolens volledig bij de minister ligt. Vanuit diezelfde richting komt ook de omzendbrief en datzelfde kabinet is ook bezig met klimaat en milieu.
De ruimtelijke afwegingselementen die in de omzendbrief worden aangereikt, verduidelijken hoe de beoordeling in het kader van de verenigbaarheid met de goede ruimtelijke ordening best kan worden uitgevoerd.
Milieutechnische wetgeving en sectorale regelgeving, regelgeving MER, randvoorwaarden luchtvaart,… blijven van kracht.
Voor grootschalige WT’s (> 1.500 kW) geldt nog steeds de drietrapsladder met gelijktijdige inzet op de 3 trappen:
1. Binnen het bestaande ruimtebeslag : geclusterd of solitair
2. Gebundeld aan grote infrastructuren : geclusterd of solitair
3. In open ruimte : clusteringsprincipe
De ruimte dient optimaal benut in functie van energetische optimalisatie.
Belang daarbij is de mogelijke interferentie met de als werelderfgoed erkende begraafplaatsen en herdenkingsmonumenten van de Eerste Wereldoorlog in de Westhoek. Dossierspecifieke beoordeling blijft nodig en wordt er een advies door het Werelderfgoedcomité verwacht. Aandacht voor landschappelijke inplanting en visuele hinder blijft een belangrijke factor van beslissing, en in afwachting van een wetenschappelijk onderbouwde methodologie wordt de 3 km regel hierbij aangehouden.
De vraag of we in dialoog gaan met de minister, is hypocriet. Dit betreft een omzendbrief, vlaanderen breed uitgestuurd, maar zoals reeds aangehaald, vraagt ieder dossier een specifieke beoordeling en met de woorden, omzichtig en richtinggevend, kan er wel met het kabinet in overleg gegaan worden.
Maar inderdaad, het wordt geen evidentie om de 40% reductie tegen 2030 te halen. Repowering van de huidige turbines, binnen ons bedrijventerrein blijft de hoogste prioriteit. De 9 turbines kunnen nog verder in stand worden gehouden tot 2029 waarbij een jaarlijkse keuring is vereist. De repowering is in ontwerpfase, er wordt namelijk onderzocht om 4 tot 7 WT’s met een vermogen van 5 tot 7,5 MW te voorzien. Dit, in combinatie met de vele zonnepanelen zal een behoorlijke winst zal betekenen. Of het voldoende zal zijn, weten we op vandaag nog niet.
Raadslid V. Despeghel
Handig rondgefietst, zijn er nu nog mogelijk?
Met de brief van Peter Dewilde wordt maatregel in stand gehouden.
Dus dan niet meer mogelijk. Jammer.
Beter blijven in overleg gaan.
In veel steden en gemeenten zijn brocante- en antiekmarkten in de zomer inmiddels vaste waarden. Het zijn bruisende evenementen die niet alleen standhouders een podium bieden, maar ook veel bezoekers aantrekken. Ze brengen leven in de stad, versterken de lokale handel en horeca en dragen zo rechtstreeks bij aan de economie. Bezoekers komen niet alleen voor de markt, maar ontdekken tegelijk de stad, drinken een koffie, eten iets en keren vaak terug.
Brocantemarkten hebben bovendien een bijzondere charme: ze verbinden mensen en geven een stad een gezellige, levendige uitstraling. Ze dragen ook bij aan het behoud van erfgoed en vakmanschap, omdat antieke stukken, kunstwerken, curiosa en vinylplaten een tweede leven krijgen. Dit sluit naadloos aan bij de groeiende aandacht voor duurzaamheid en de circulaire economie.
Voor Ieper kan een dergelijke markt een echte meerwaarde betekenen. Op zondag 17 augustus vond er een rommelmarkt plaats op de wandelzone van de Grote Markt. Dit werd zowel door standhouders als bezoekers bijzonder gesmaakt. Hoewel er misschien nog wat meer standhouders hadden kunnen zijn, waren de reacties overwegend zeer positief. Tal van Ieperlingen hebben mij benaderd met de vraag waarom dit niet maandelijks kan, bijvoorbeeld van mei tot september – een idee dat Vooruit ondersteunt.
Daarom deze vraag aan het stadsbestuur:
- Ziet de stad een meerwaarde in het organiseren van een maandelijkse brocantemarkt tijdens de zomerperiode op de Grote Markt?
- Is de stad van plan om hierover een concreet initiatief te nemen?
Schepen Desmadryl
Inderdaad collega, ook dit evenement was alweer een groot succes, maar om dan direct van elk succesvol evenement een maandelijkse terugkerende activiteit te maken is natuurlijk een andere vraag en misschien ook wat kort door de bocht.
We moeten alvast de vraag stellen indien je er een gewoonte van maakt, als je iets elke maand opnieuw doet, of het dan ook een succes zal blijven. Het is dan ook net de variatie van verschillende type evenementen die ervoor zorgt dat de interesse blijft en dat er zo voor ieder wat wils is in het aanbod.
Het is trouwens ook niet allemaal zo eenvoudig hé.
Moet je dit dan toewijzen een telkens dezelfde aanbieder ? Krijgt een andere organisatie dan nog de kans om een aanvraag te doen en iets te organiseren?
En dan hebben we nog niet gesproken van jaarlijks terugkerende evenementen die ook moeten worden ingepast in de kalender en hun plaatsje verdienen.
Wat met alle andere rommelmarkten/brocantemarkten die worden georganiseerd door verschillende van onze wijkcomités en kermissen? Ook daar moeten we toch in de mate van het mogelijke rekening mee houden. Als ik die kalender zie, dan is het onvermijdelijk dat die gaan samenvallen en ik weet niet of de verschillende wijken dorpskermissen daar zo gelukkig mee zouden zijn?
Ik zou hierbij dan ook zeggen, laat ons rustig blijven, wat goed is goed houden, kijken wat de mogelijkheden zijn en ervoor zorgen dat er in Ieper altijd iets te doen blijft, een gevarieerd aanbod is voor iedereen, zonder ons nu al deels te vast te pinnen op een maandelijkse Brocantemarkt.
Raadslid V. Despeghel
Dank voor reactie maar had gehoopt op meer initiatief. In buitenland aangetoond dat herhaling werkt! Zie Rijsel.
Kan aanvullend zijn en iets dat geen geld kost.
Jammer.
Namens Gemeenteraad,
Stefan Depraetere
Algemeen directeur
Sarah Bouton
Voorzitter